‹ Ambt van oudstenBoerenkalender van Gezer ›
Rachel
Gepubliceerd op 04-01-2006

Toen Jacob op zijn vlucht voor zijn broer Ezau in Haran (in Aram, Syrië) aangekomen was zag hij tot zijn grote verwondering hoe daar midden op de dag, in plaats van 's avonds, drie herders met hun kudden bij de waterput stonden. Blijkbaar wachtten ze op elkaar om de zware steen, die de put toedekte, er af te nemen. Niet elke put had zo'n steen (Ex 2:16). Jacob vroeg hen of ze een zekere Laban kenden. Dat was inderdaad het geval en juist op dat moment kwam zijn dochter Rachel aan. Niet zo gauw had Jacob haar gezien of hij wentelde alleen de steen van de put af ("der jongelingen sieraad is hun kracht" Spr. 20:29). Ook drenkte hij Labans vee. Dat was niet zoveel (Gen 30:30). Hij bleek over meer dan gewone kracht te beschikken (cf. Gen 32:25). Hij maakte zich aan haar bekend en werd nu buitengewoon vriendelijk door haar vader Laban onthaald. Na een maand trad hij in dienst als herder: een moeilijke tijd (Gen 31:39-41), het zou uiteindelijk 20 jaar worden.

Zeven jaar om Rachel als vrouw te krijgen, dit werd tenslotte 14 jaar en nog eens 6 jaar daarna. Toen was hij dan ook een zeer vermogend man ('Ten zeerste toegenomen in bezit" Gen 30:43). Hij was toe wel de man van Rachel, van wie hij hield en van Lea, van wie hij niet hield (Gen 29:31). Jacob is de enige man in de Bijbel die met 2 zusters getrouwd was (tenminste als we de incestkwestie van Lot met zijn 2 dochters vergeten). Lea schonk hem wel kinderen in tegenstelling tot Rachel. Die benijdde haar zuster daarom en ze riep tot Jacob: "geef me kinderen of ik sterf". Tenslotte hoopte ze via haar slavin aan Jacob kinderen te schenken "op mijn knieën, opdat ook ik uit haar gebouwd worde" (cf. Sara: Gen 16:2). Dat dit succes had blijkt uit haar verheugde reactie: "op bovenmenselijke wijze heb ik met mijn zuster geworsteld en ik heb gewonnen" (Gen 30:8). Dat er nog meer strijd geleverd zou worden blijkt uit het voorstel van de zogenoemde liefdesappels (Gen 30:14-17). Hoe uitbundig zal haar blijdschap zijn geweest toen ze zelf het leven schonk aan een zoon Jozef, "die Jacob liefhad boven al zijn zonen" (Gen 37:3).

Omdat de verhouding met zijn oom zienderogen verslechterde besloot Jacob weg te gaan. Zijn vrouwen waren het daarmee eens: "vader beschouwt ons immers als vreemden, want hij heeft ons verkocht en ons geld heeft hij nog opgemaakt ook. Doe dus maar wat God van je vraagt!" (Gen 31:14-17). Eigenlijk was het een vlucht. Rachel maakte van de gelegenheid gebruik om haar vaders terafim ("huisgoden") mee te nemen, maar die ze voor Jacob verborgen wist te houden.

Toen zijn broer hem met een legertje van 400 man tegemoet kwam zond hij hem een koninklijk geschenk (Gen 32:14-16). Voor alle zekerheid bracht hij zijn gezin in veiligheid. Toen het echt spannend werd plaatste Jacob Rachel en haar zoon in de achterhoede. Die begroetten ook als laatste Ezau (Gen 33:7). Ezau's aanbod om hem te begeleiden sloeg hij af: "mijn kinderen zijn teer". Ruben, de oudste, zal 13 jaar geweest zijn. Jaren later is Jacob ertoe gekomen de terafim te begraven onder een boom (Gen 35:4). Jaren later kreeg Rachel nog een zoon Benoni. Bij zijn geboorte stierf Rachel, Jacob noemde hem vervolgens Benjamin. Ze bevonden zich toen in de velden van Efratha bij Bethlehem. Daar, aan de kant van de weg, werd ze begraven. Jacob zette op haar graf een gedenksteen (deze wordt hier voor het eerst als zodanig genoemd). Waarom ze niet in het familiegraf bijgezet is, weten we niet. Daar, in de spelonk van Machpela, lagen ook Abraham en Sarah, Izak en Rebecca en later ook Jacob en Lea (Gen 49:32).
De dood van Rachel heeft Jacob erg aangegrepen: op zijn sterfbed vertelde Jacob nog van die dramatische gebeurtenis (Gen 48:7). Hoewel zij maar twee kinderen heeft gehad gold zij toch met Lea als een van "de bouwers van het volk Israël" (Ruth 4:11).

Als de door Nebukadnezar weggevoerde Joden samenkomen in Rama laat Jeremia Rachel wenen om haar kinderen en zei dat ze weigerde zich te laten troosten (overigens ten onrechte: Jer 31:15,16). Men heeft haar graf altijd in ere gehouden. Honderden jaren later, toen de profeet Samuël Saul als koning gezalfd had, ontmoetten deze twee mannen elkaar bij haar graf. Samuël vertelde daar aan Saul dat de ezelinnen van zijn vader terecht waren. Nog heden ten dage wijst men haar graf aan; een klein koepelvormig monument, daterend uit de 15de eeuw. Zowel Joodse als Mohammedaanse vrouwen bezoeken het graf om te bidden voor een kind of de voorspoedige geboorte daarvan.

De profetie van Jeremia wordt door Mattheüs aangehaald bij de kindermoord te Bethlehem (Mat 2:18).

Zoals gezegd heeft Rachel haar zoon in haar laatste ogenblikken nog een naam kunnen geven: Benoni "zoon van mijn ongeluk, ongelukskind". Die naam zou Jacob blijven herinneren aan het gruwelijke ogenblik van Rachels dood. Hij noemde hem Benjamin "zoon van de rechterhand". Rechts staat voor geluk en voorspoed.


Tags: Personen, Rachel
Gerelateerde onderwerpen: Rachel

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel