‹ Geen Nederlander meer ??Genereer Hebreeuwse tekst ›
Het paradijs
Gepubliceerd op 09-10-2006

Adam en Eva

Adam leefde lang geleden
eenzaam in de Hof van Eden
met de zegen van de Heer
wat verlangt een mens nog meer
hij liep lekker in z’n blootje
baadde zon en baadde pootje
in het water van de beek
zeven dagen van de week

Adam leefde zonder zorgen
tot hij op een goede morgen
toevallig ontdekte dat
elke man een wijfje had
hij zei: Heer, ik wil niet klagen
maar ik zou U willen vragen
onderdanig en beleefd
of U voor mij geen partner heeft
goed. zei God, ik zal mijn best doen
ik zal zorgen voor een vrouw
die haar leven deelt met jou

Adam liep verheugd te zingen
- kocht vast twee verlovingsringen -
loof de Heer, ik krijg een wijf
’t kost maar één rib uit mij lijf
toen nu Adam lag te slapen
heeft de Heer de vrouw geschapen
als een hulpe voor de man
alles d’r op en alles d’r an

En ze leefden heel tevreden
samen in de tuin van Eden
tot op zeek’re kwade dag
Eva die boom met appels zag
Eva dacht: wat kan het schaden
schoon de Heer het ons verbiedt
aan een boom zo volgeladen
mist men een paar appels niet
Adam, kom er ook eens bij
één voor jou en één voor mij

-----------------------------

Maar toen was ’t uit met ’t goede leven
’t paradijs werd opgeheven
door een appel, zo u weet
werken wij ons nou in ’t zweet
ja ter wille van een appel
maken wij ons nu te sappel

Laat je raden, eens te meer
snoep verstandig, eet een peer !!


Tags: Uncategorized

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel