‹ Biblioblog top 50Symposium over "Geloofsbeleving in de Psalmen" ›
Ezechiël de Tragicus
Gepubliceerd op 02-09-2010

Familiewaarden in Griekenland: een moeder heeft haar man gedood en denkt dat haar minnaar haar zoon heeft vermoord. Ze haast zich om het lijk te zien, maar de bloedige resten blijken die te zijn van haar minnaar. Superieure ironie, want het publiek van het toneelstuk Elektra weet al dat Orestes Aigisthos heeft gedood en weet welke schokkende ontdekking Klytaimnestra zal gaan doen. Niemand zal ontkennen dat Sofokles een van de grootste toneelschrijvers aller tijden is.

Het is maar al te begrijpelijk waarom classici steeds opnieuw Sofokles en zijn collega’s Aischylos en Euripides herlezen. Al in de Oudheid geloofde men dat dit drietal niet te overtreffen viel. Er circuleerde een wetenschappelijke uitgave van hun werk, waarvan een deel over is (alle tragedies van Euripides die beginnen met een E). We weten ook dat er een geannoteerde uitgave was van driemaal zeven tragedies, een soort ‘het beste van’, geselecteerd door een goede geleerde. Zijn selectie is didactisch superieur: drie tragedies over Elektra helpen de leerling bijvoorbeeld het specifieke te zien van de benadering van Aischylos, Sofokles en Euripides.

Misschien was deze editie zelfs iets te superieur, want de driemaal zeven tragedies werden zo populair dat alle andere stukken werden vergeten. Het was een sensatie toen in 2007 aanzienlijke fragmenten opdoken van Euripides’ Faëthon. Maar er waren nog tientallen tragici, waarvan niets resteert. Al hun werk is verloren, behalve dat van één niet-Athener: Ezechiël, een Jood uit de tweede eeuw v.Chr. Zijn werk is niet verloren. Het wordt alleen maar door classici genegeerd.

Ezechiëls Exagoge is een van de fascinerendste stukken antieke poëzie doordat de auteur een Grieks genre gebruikt voor een Joods verhaal: de Uittocht. Ongeveer de helft is over, en er zijn prachtige stukken tussen. Onze Atheense tragici zouden zich beslist niet hebben geschaamd voor Ezechiëls beschrijving van de mythologische vogel feniks.

Het toneelstuk is onverwacht actueel geworden doordat onlangs op een congres van papyrologen bekend werd gemaakt dat er nog meer fragmenten zijn. Oxfordclassicus Dirk Obbink kan hieruit afleiden dat de Exagoge in brede kringen populair was. Dat alleen al is interessant, want we hebben van de meeste antieke teksten geen idee wie wat las. Een andere reden waarom het toneelstuk interessant is, is dat het Griekstalige Jodendom, dat ooit heel belangrijk is geweest, niet zo goed bekend is als zijn rabbijnse broeder. Toch waren veel Joden het niet eens met bijvoorbeeld de Makkabeeën dat Jodendom en Hellenisme onverenigbaar waren, en volgden ze de farizeeën niet in het gebruik van het Hebreeuws. Ezechiël behoort tot dit “andere Jodendom”, dat het uiteindelijk niet haalde.

En tot slot toont de Exagoge dat mensen die door de Atheners als barbaren werden beschouwd, althans één aspect van de Griekse cultuur apprecieerden: het toneel. Het schrijven van tragedies is niet alleen een trekje van de Griekse cultuur en classici moeten daarom, in toekomstige publicaties, simpelweg ook een hoofdstuk wijden aan het Joodse toneel.

Jona Lendering


Tags: Gastschrijvers, Geschiedenis, Klassieken
Gerelateerde onderwerpen: Geschiedenis

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken