‹ AcanthusGoliath ›
Akoub
Gepubliceerd op 03-03-2011

De volken razen woest, zoals het wildste water raast. Maar als God zijn stem verheft, vluchten ze ver weg. Ze stuiven uiteen, als kaf op de wind in de bergen, als dwarrelende bladeren in een storm.

Jesaja 17:13 (NBV)

Om nog even in de sfeer van de distels te blijven, vandaag de Akoub (Gundelia tournefortii). In het Hebreeuws wordt deze de galgal genoemd, een woord dat is afgeleid van galal wat “(weg)rollen, draaien, (af)wentelen” betekent. Het duidt dus op een plant dat draait, wentelt, rolt. En inderdaad als deze distel is uitgebloeid en de zomer hoogtij viert, dan verdort hij en bij de geringste storm laat hij los en rolt over de grond. In de genoemde passage komt dit in de NBV niet duidelijk tot uitdrukking, in oudere vertalingen wordt "bladeren in een storm" weergegeven als "kloot van den wervelwind" (SV), "werveldistel vóór de storm" (NBG), "distelpluizen, meegevoerd door de storm" (GNB96) of "vóór de wervelwind uit als werveldistels" (HSV).

Voor Israël was deze 'galgal'-boodschap duidelijk: Israëls vijanden mogen dan wel groot en dreigen zijn, maar ze zijn niet echt sterk en zullen als de 'galgal' machteloos worden weggeblazen.

Als de plant nog jong is, dan is hij zeer geliefd als voedsel en volgens de kenners smaakt het naar broccoli. De bloemknoppen worden op een zelfde manier bereid als artisjokken.

Tot slot zijn pollen van deze plant in 1998 in de Lijkwade van Turijn gevonden. Dit leidde meteen tot speculaties dat de het deze plant was die gebruikt werd voor de doornenkroon van Christus. Ik acht dit niet waarschijnlijk en denk dat het de Jujube (Zizyphus spina-christi) was.


Tags: Akoub, Flora, Jesaja
Gerelateerde onderwerpen: Akoub, Jesaja

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel