‹ Waarom tolereren christenen Palestijns historisch revisionismeChristenvervolging ›
Bijbelgedeelte voor Oud en Nieuw
Gepubliceerd op 30-12-2013

Ieder jaar heb ik de gewoonte om met mijn gezin en andere aanwezigen, vlak voor 12 uur een gedeelte uit de Bijbel te lezen en om een zegen te vragen voor het nieuwe jaar. Dit jaar zullen we Psalm 90 gaan lezen.

1 Een gebed van Mozes, de man Gods.

Heere, Ú bent ons een toevlucht geweest

van generatie op generatie.

2 Al vóór de bergen geboren waren

en U de aarde en de wereld voortgebracht had,

ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid bent U God.

3 U doet de sterveling terugkeren tot stof

en zegt: Keer terug, mensenkinderen.

4 Want duizend jaren zijn in Uw ogen

als de dag van gisteren, wanneer die voorbijgegaan is,

of als een wake in de nacht.

5 U spoelt hen weg, zij zijn als de slaap.

In de morgen zijn zij als het gras dat opkomt:

6 in de morgen bloeit het en komt het op,

's avonds wordt het afgesneden en het verdort.

7 Want wij vergaan door Uw toorn,

door Uw grimmigheid worden wij door schrik overmand.

8 U stelt onze ongerechtigheden voor Uw ogen,

onze verborgen zonden in het licht van Uw aangezicht.

9 Want al onze dagen gaan voorbij door Uw verbolgenheid,

wij brengen onze jaren door als een gedachte.

10 De dagen van onze jaren: daarin zijn zeventig jaren,

of, als wij zeer sterk zijn, tachtig jaren,

maar het meeste daarvan is moeite en verdriet,

want het wordt snel afgesneden en wij vliegen heen.

11 Wie kent de kracht van Uw toorn

en Uw verbolgenheid, wie weet hoezeer U te vrezen bent?

12 Leer ons zó onze dagen tellen,

dat wij een wijs hart verkrijgen.

13 Keer terug, HEERE, hoelang nog?

Laat het U berouwen over Uw dienaren.

14 Verzadig ons in de morgen met Uw goedertierenheid,

dan zullen wij juichen en verblijd zijn, tijdens al onze dagen.

15 Verblijd ons overeenkomstig de dagen waarin U ons verdrukt hebt,

overeenkomstig de jaren waarin wij het kwade gezien hebben.

16 Laat Uw werk aan Uw dienaren gezien worden,

Uw glorie over hun kinderen.

17 De lieflijkheid van de Heere, onze God, zij over ons;

bevestig het werk van onze handen over ons,

ja, het werk van onze handen, bevestig dat.

(HSV)

Een reden om dit te lezen is dat wij mensen vaak denken dat we met onze hedendaagse kennis oppermachtig zijn, terwijl in werkelijkheid we enorm vergankelijk zijn. Aan de andere kant, steeds meer wil de mens zich los maken van God en Hem zelfs wegdenken, terwijl hij toch de Eeuwige God is waarop we altijd mogen vertrouwen.


Tags: Algemeen, Oud en Nieuw

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

StudieboekenStudieboeken