‹ Nieuw oudheidkundig tijdschriftAraba ›
Genesis 22 Opgang naar een offer (4)
Gepubliceerd op 16-01-2015

7 ) Toen sprak Izak tot Abraham, zijn vader, en zei: Mijn vader!

En hij zei: Zie, [hier] ben ik, mijn zoon!

En hij zei: Zie het vuur en het hout, maar waar is het lam voor het offer?

8 ) En Abraham zei: God ziet voor zich het lam ten brandoffer, mijn zoon!

En zo gingen ze beiden samen [verder].

Genesis 22:7-8 (ABvertaling)

Dit is het vierde deel van een reeks waarin we ons bezighouden met het Bijbelgedeelte waarin Abraham van God opdracht krijgt om zijn zoon Izak te offeren. Hier is deel 1, 2 en 3. Alleen de belangrijkste punten zullen worden behandeld, voor hen die meer achtergrond of een verdere onderbouwing willen hebben verwijs ik naar het Bijbelgedeelte op onze website waar in meer detail alles wordt behandeld.

In vers 7 is het Toen sprak ... en zei ... en hij zei .. en hij zei een typisch voorbeeld hoe de Hebreeuwse verhaaltrant is. Wat ook nog eens wordt benadrukt door het antwoord van Abraham "Zie hier ben ik" wat nogal logisch is omdat ze samen optrokken en waaruit men kan afleiden dat dit laatste gedeelte van de tocht zwijgend is verlopen. Deze verhaaltrant zien we ook in het herhalende En zo gingen ze beiden samen (vs. 8, 19), zoals de vorige keer behandeld.

De vraag van Izak is logisch, ze hebben alles voor het offer bij zich behalve het offerdier zelf. Het antwoord van Abraham lijkt een ontwijkend antwoord, maar die anderzijds zeker geen onwaarheid bevat. Letterlijk staat er niets anders dan "God ziet voor zich het lam ten brandoffer", waarbij hier met het "zien Gods" een bepalend zien is, God richt Zijn blik op het offer dat Hij wenst, met andere woorden, God bepaald zelf Zijn keuze van het offer (zie ook Paulus' verwijzing in Rom. 8:32 "hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?"). Dat die keuze al bepaald is en dat het Izaäk is, verzwijgt Abraham hier want dat zal in het vervolg blijken en dan is het nog vroeg genoeg. Sommige vertalers vinden dit een te vaag antwoord en stellen dat vers 8 iets anders vertaald moet worden, volgens hen zou Abraham hebben gezegd "Mijn zoon wordt brandoffer" of iets vrijer vertaald "mijn zoon, jij bent het lam" (wat theoretisch een correcte vertaling is) en dan komt ook tot uitdrukking dat Izak zich niet verzet tegen deze bestemming: Vader en zoon zijn eensgezind in de beproeving, wat een extra dimensie geeft aan het En zo gingen ze beiden samen [verder].

Wordt vervolgd…


Tags: Abraham, Bijbelstudie, Genesis, Izaäk
Gerelateerde onderwerpen: Abraham, Bijbelstudie

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs