‹ De leer van de opname van de gemeente (3)Vakantie na COVID-19 met Israëlgids ›
De leer van de opname van de gemeente (4)
Gepubliceerd op 21-06-2020

Gisteren, aan het eind van de uitleg over 1 Thes. 4:13-17 schreef ik: ‘Over dat ‘waar’ we met Christus zullen zijn na de ontmoeting in de lucht, valt meer te zeggen. In de brief aan de Thessalonicenzen staat een woord dat daar licht op werpt.

In vs. 17 lezen we dat het die dag gaat ‘om een ontmoeting met de Here in de lucht. En zo zullen wij altijd bij of met de Here zijn’.
De ontmoeting van Jezus en Zijn kinderen op die dag vindt dus plaats tussen hemel en aarde. Waarschijnlijk gebeurt er iets dergelijks als we van de Here Jezus Zelf lezen in Hand. 1.

De mensen die geloven in de ‘opname van de gemeente’ leren dat Gods kinderen, na de ontmoeting in de lucht, meegaan met Jezus naar de hemelse heerlijkheid. Maar dat past niet in het beeld dat het NT ons geeft over de komst van Christus. Ik zal u uitleggen waarom dat niet het geval is.

Drie woorden

Voor de (weder)komst van de Here Jezus Christus worden in het NT verschillende woorden gebruikt. De drie die er uit springen zijn: PAROUSIA, EPIPHANEIA (verschijning) en APOKALUPSIS (onthulling). Het belangrijkste en meest gebruikte woord is parousia.

Parousia

Het zelfstandig naamwoord parousia G3952 is samengesteld uit twee woorden: para dat 'er bij' of 'met' betekent en ousia, een vorm van het werkwoord eimi dat 'zijn' betekent. Parousia betekent dus letterlijk: ER BIJ ZIJN.
Parousia wordt in de vertalingen meestal weergegeven met 'komst', verbonden met de gedachte van aanwezigheid of tegenwoordigheid. De belangrijkste betekenis van parousia is echter die van (AAN)KOMST.

Het woord parousia wordt in het NT een paar keer op een 'neutrale' manier gebruikt. Eén voorbeeld: 2 Cor. 7:6-7, waar Paulus het heeft over de komst van Titus. Dat was een bemoediging voor de apostel, lezen we. Zo ook 1 Cor. 16:17 waar Paulus zegt dat hij blij is met de komst van drie medewerkers.
Maar als het woord parousia wordt gebruikt in verband met de komst van de Heer Jezus naar deze aarde, Zijn wederkomst, dan krijgt het woord een speciale betekenis. Dat zal ik uitleggen, want het zal u helpen om te verstaan wat we in het NT lezen over de wederkomst van Christus.

Woordbetekenis

Wat verderop vind u de Schriftplaatsen waar het woord parousia voorkomt in verband met Jezus’ terugkeer. Eerst iets over de betekenis van dat woord in Paulus’ dagen.
In de Grieks/Romeinse wereld werd het woord parousia gebruikt als standaarduitdrukking voor het bezoek van een belangrijke machthebber aan een stad of streek van het uitgestrekte Romeinse Rijk.
Wat daarvoor kwam kijken en hoeveel indruk zo'n bezoek maakte, leren we uit allerlei gegevens die door archeologische vondsten bekend zijn geworden. Een kort overzicht.

Tot zover het gedachtegoed achter het woord parousia in Paulus’ dagen.

Parousia van Christus

Als we deze veelomvattende betekenis van het woord 'parousia' op ons laten inwerken, dan vallen enkele overeenkomsten op, als het gaat om de komst van Jezus Christus. Ik noem er een paar en zet de tekstverwijzingen er achter:

Deze verschillende aspecten van het woord 'parousia' moeten we in ons achterhoofd houden, wanneer we de verzen, waarin het woord parousia, in verband met de komst van Christus voorkomt, zullen lezen.

JEZUS gebruikt dit woord in:

Matth. 24:3 - de discipelen vragen aan de Heer Jezus: 'wat is het teken van Uw parousia (komst)....'
Matth. 24:27 - antwoord: 'want zoals de bliksem komt van het oosten en licht tot het westen, zo zal de parousia/komst van de Zoon des mensen zijn'. Een ‘schitterende’ gebeurtenis, die niemand zal ontgaan.
Matth. 24:37 en 39 - 'zoals het was in de dagen van Noach, zo zal de parousia/komst van de Zoon des mensen zijn'.

PAULUS gebruikt dit woord in:

1 Cor. 15:23 - '...vervolgens die van Christus zijn bij Zijn parousia/komst'.
1 Thes. 2:19 - 'wie is onze ....erekrans voor onze Here Jezus bij Zijn parousia/komst?
1 Thes. 3:13 - 'uw harten onberispelijk mogen zijn voor onze Vader bij de parousia/komst van onze Here Jezus met al Zijn heiligen'
1 Thes. 4:15 - 'wij, levenden, die achterblijven tot de parousia/komst des Heren zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan...'
1 Thes. 5:23 - 'geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de parousia/komst van onze Here Jezus Christus blijken in allen dele onberispelijk bewaard te zijn'
2 Thes. 2:1 - 'met betrekking tot de parousia/komst van onze Here Jezus Christus'
2 Thes. 2:8 - Jezus zal de wetteloze machteloos maken door (lett.) 'de verschijning van de parousia/komst van Hem'.

JACOBUS gebruikt dit woord in:

Jac. 5:7-8 - 'heb geduld tot de parousia/komst des Heren' want (vs.8) de parousia'/komst des Heren is nabij'.

PETRUS gebruikt dit woord in:

2 Petr. 1:16 - 'we zijn geen mythen nagevolgd toen wij u de kracht en de parousia/komst van onze Here Jezus hebben verkondigd'
2 Petr. 3:4 - Spotters zeggen: 'waar blijft de belofte van Zijn parousia/komst'?
2 Petr. 3:12 - '...u spoedende naar de parousia/komst van de dag van God...'

JOHANNES gebruikt dit woord in:

1 Joh.2:28 - '....voor Hem niet beschaamd zullen staan bij Zijn parousia/komst'

Het woord parousia was, zoals u ziet, algemeen bekend en wordt door zowel de Here Jezus, Paulus, Jacobus, Petrus en Johannes gebruikt. Uit de spreiding ervan in het NT valt af te leiden, dat het behoorde tot de vaste en bekende woordkeus van de eerste gemeente(n) als zij sprak en nadacht over de terugkeer van Jezus.

Nu terug naar 1 Thes. 4.

Gisteren schreef ik dat het bij de uitleg van een Bijbelvers of Bijbelgedeelte van belang is te letten op wat we noemen de context. Wat gaat er aan vooraf en wat volgt er.

In vs. 15 gebruikt Paulus dat woord parousia als hij schrijft ‘wij die levend zullen overblijven tot de komst! van de Heer…. Parousia in de betekenis die ik hierboven aangaf.
Paulus gebruikt dat woord in deze 1e Thessalonicenzenbrief vier keer. Naast 4:15 ook in 2:19, 3:13 en 5:23.
De betekenis van dat woord zal u inmiddels duidelijk zijn geworden. De opgestane gelovigen en de veranderde gelovigen (zie gisteren) mogen Jezus, Die onderweg is naar de aarde, inhalen. Jezus komt ons niet ophalen om ons mee te nemen naar de hemel. Wij mogen Jezus inhalen en met Hem meegaan naar de aarde. Daar zit meer aan vast, maar dat komt later aan de orde.

Een illustratie uit mijn tienertijd. Ik woonde in Doorn en samen met mijn vrienden stapten we, op de dag dat Sinterklaas naar ons dorp zou komen, op onze bromfiets of (zoals ik) op mijn solex. We wisten dat Sinterklaas vanuit Driebergen naar Doorn zou komen. Dus reden we die kant uit en jawel, ergens halverwege kwamen we Sint en zijn Pieten tegen, voorafgegaan door de harmonie.
We stopten en reden vervolgens achter het gezelschap aan, terug naar waar we vandaan kamen. Wij gingen Sinterklaas tegemoet om hem in te halen; gingen terug naar waar we vandaan kwamen: ons dorp Doorn.
Het is hetzelfde beeld als wat ik schreef over de tijd van Paulus.

Zo zal het zijn op de dag dat Jezus komt, maar veel grootser dan we ons kunnen voorstellen. We gaan Hem een eind tegemoet en keren na de ontmoeting met Hem terug naar de aarde.
Het woordje ‘tegemoet’ vind u ook in Hand. 28:15 en in de gelijkenis van de wijze en dwaze meisjes, Matth. 25:8.
De komst van de Heer zal een menigte mensen op de been brengen om Hem een eindweegs tegemoet te gaan en om Hem feestelijk te verwelkomen in deze wereld. Een feestelijke intocht, waar al Gods kinderen bij aanwezig zullen zijn.

Nog even terug naar de betekenis van dat woord parousia in Paulus’ dagen. Op de dag van de intocht van de hoogwaardigheidsbekleder gingen herauten te paard voor de stoet uit en reden de stad binnen. Daar bliezen ze op hun trompetten en kondigden de komst van de hoogwaardigheidsbekleder aan. Vervolgens stroomden de mensen de stad uit, de machtige persoon tegemoet. Als ze hem ontmoetten, ontstond er een geweldig gejuich. En dan trok de belangrijke machthebber, omstuwd door een juichende menigte, de stad binnen. Een indrukwekkende gebeurtenis die iedereen mee wilde maken.
Ziet u de overeenkomst met 1 Thes. 4? Als Jezus komt is er ook sprake van een heraut, een aartsengel. Hij kondigt de komst van de Koning aan, waarbij de trompet klinkt. En iedereen zal er bij zijn, de gestorven gelovigen en de nog levende gelovigen. Ze gaan de Koning inhalen die daarna in hun midden zal verkeren. Ze gaan Hem tegemoet en keren in Zijn gezelschap terug naar de aarde. Zo zal Hij voor altijd onder ons zijn, want hier op deze (nieuwe) aarde ligt onze toekomst met Hem.

Tot slot.

Al de Bijbelverzen die ik hierboven heb genoemd, wijzen in dezelfde richting: de glorieuze komst van Jezus zoals Hij Zelf heeft voorzegd en oor de Bijbelschrijvers van het NT bevestigd en uitgewerkt wordt. Nee, over een ‘opname van de gemeente’, zoals dat in bladen en boeken geleerd wordt, lezen we niets in de Bijbel. Wel een glorieuze intocht van onze Heer en Heiland.

Wordt vervolgd.

Drs. C.A.E. Groot

P.S. Wie verder wil nadenken over dat woord parousia (en andere Biibelse kernwoorden) wijs ik naar het boek van F. J. Pop ‘Bijbelse woorden en hun geheim’. En de theologen onder ons wijs ik op de dissertatie van dr. P. L. Schoonheim: ‘Een semasiologisch onderzoek van parousia met betrekking tot het gebruik in Matth. 24’. Ook tweedehands verkrijgbaar via Boekwinkeltjes.


Tags: Opname van de Gemeente
Gerelateerde onderwerpen: Opname van de Gemeente

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken