Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Hij zeide tot hen in Zijn leer: [34]Wacht u voor de schriftgeleerden, die daar gaarne willen wandelen in [35]lange klederen, en [36]gegroet zijn op de markten; 34. Grieks, ziet voor u; namelijk dat gij door hunne schijnheiligheid niet bedrogen, of door hun voorbeeld tot dergelijke geveinsdheid niet gebracht wordt. 35. Grieks, Stolais; hetwelk betekent lange rokken of tabbaarden tot de voeten toe, om daardoor te aanzienlijker bij de mensen te wezen. Zodat Christus hier niet verwerpt de klederen, maar de eergierigheid, die daaronder schuilde. 36. Grieks, de groetenissen; namelijk hebben.