Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], God zal u [14]ook [15]afbreken in eeuwigheid; Hij zal u [16]wegrapen en u uit de [17]tent uitrukken; ja, Hij zal u uitwortelen uit het [18]land der levenden. Sela. 14. Op zulks zonden zulke straffen. 15. Gelijk men een gebouw [gelijk huizen, altaren, enz.] afbreekt en vernielt. 16. Of, grijpen; gelijk men een kooi vuurs met de tang in der haast grijpt; Jes.30:14. 17. Dat is, uwe woning. 18. Dat is, uit deze wereld, uit dit leven. Zie hfdst.27 vs.13.