SV | Daarna zond de koning, en riep Simei, en zeide tot hem: Bouw u een huis in Jeruzalem, en woon aldaar; en ga van daar niet uit herwaarts of derwaarts. |
WLC | וַיִּשְׁלַ֤ח הַמֶּ֙לֶךְ֙ וַיִּקְרָ֣א לְשִׁמְעִ֔י וַיֹּ֣אמֶר לֹ֗ו בְּֽנֵה־לְךָ֥ בַ֙יִת֙ בִּיר֣וּשָׁלִַ֔ם וְיָשַׁבְתָּ֖ שָׁ֑ם וְלֹֽא־תֵצֵ֥א מִשָּׁ֖ם אָ֥נֶה וָאָֽנָה׃ |
Trans. | wayyišəlaḥ hammeleḵə wayyiqərā’ ləšimə‘î wayyō’mer lwō bənēh-ləḵā ḇayiṯ bîrûšālaim wəyāšaḇətā šām wəlō’-ṯēṣē’ miššām ’āneh wā’ānâ: |
Daarna zond de koning, en riep Simei, en zeide tot hem: Bouw u een huis in Jeruzalem, en woon aldaar; en ga van daar niet uit herwaarts of derwaarts.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Daarna zond de koning, en riep Simei, en zeide tot hem: Bouw u een huis in Jeruzalem, en woon aldaar; en ga van daar niet uit herwaarts of derwaarts.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!