SV | Maar zij hebben tegen den God hunner vaderen overtreden, en de goden der volken des lands nagehoereerd, welke God voor hun aangezichten had verdelgd. |
WLC | וַיִּֽמְעֲל֔וּ בֵּאלֹהֵ֖י אֲבֹותֵיהֶ֑ם וַיִּזְנ֗וּ אַחֲרֵי֙ אֱלֹהֵ֣י עַמֵּי־הָאָ֔רֶץ אֲשֶׁר־הִשְׁמִ֥יד אֱלֹהִ֖ים מִפְּנֵיהֶֽם׃ |
Trans. | wayyimə‘ălû bē’lōhê ’ăḇwōṯêhem wayyizənû ’aḥărê ’ĕlōhê ‘ammê-hā’āreṣ ’ăšer-hišəmîḏ ’ĕlōhîm mipənêhem: |
Maar zij hebben tegen den God hunner vaderen overtreden, en de goden der volken des lands nagehoereerd, welke God voor hun aangezichten had verdelgd.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Maar zij hebben tegen den God hunner vaderen overtreden, en de goden der volken des lands nagehoereerd, welke God voor hun aangezichten had verdelgd.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!