SV | Toen nam Samuel een oliekruik, en goot ze uit op zijn hoofd, en kuste hem, en zeide: Is het niet [alzo], dat de HEERE u tot een voorganger over Zijn erfdeel gezalfd heeft? |
WLC | וַיִּקַּ֨ח שְׁמוּאֵ֜ל אֶת־פַּ֥ךְ הַשֶּׁ֛מֶן וַיִּצֹ֥ק עַל־רֹאשֹׁ֖ו וַיִּשָּׁקֵ֑הוּ וַיֹּ֕אמֶר הֲלֹ֗וא כִּֽי־מְשָׁחֲךָ֧ יְהוָ֛ה עַל־נַחֲלָתֹ֖ו לְנָגִֽיד׃ |
Trans. | wayyiqqaḥ šəmû’ēl ’eṯ-paḵə haššemen wayyiṣōq ‘al-rō’šwō wayyiššāqēhû wayyō’mer hălwō’ kî-məšāḥăḵā JHWH ‘al-naḥălāṯwō lənāḡîḏ: |
Toen nam Samuel een oliekruik, en goot ze uit op zijn hoofd, en kuste hem, en zeide: Is het niet [alzo], dat de HEERE u tot een voorganger over Zijn erfdeel gezalfd heeft?
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen nam Samuel een oliekruik, en goot ze uit op zijn hoofd, en kuste hem, en zeide: Is het niet [alzo], dat de HEERE u tot een voorganger over Zijn erfdeel gezalfd heeft?
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!