SV | En Sauls oom zeide tot hem en tot zijn jongen: Waar zijt gijlieden heengegaan? Hij nu zeide: Om de ezelinnen te zoeken; toen wij zagen, dat zij er niet waren, zo kwamen wij tot Samuel. |
WLC | וַיֹּאמֶר֩ דֹּ֨וד שָׁא֥וּל אֵלָ֛יו וְאֶֽל־נַעֲרֹ֖ו אָ֣ן הֲלַכְתֶּ֑ם וַיֹּ֕אמֶר לְבַקֵּשׁ֙ אֶת־הָ֣אֲתֹנֹ֔ות וַנִּרְאֶ֣ה כִי־אַ֔יִן וַנָּבֹ֖וא אֶל־שְׁמוּאֵֽל׃ |
Trans. | wayyō’mer dwōḏ šā’ûl ’ēlāyw wə’el-na‘ărwō ’ān hălaḵətem wayyō’mer ləḇaqqēš ’eṯ-hā’ăṯōnwōṯ wannirə’eh ḵî-’ayin wannāḇwō’ ’el-šəmû’ēl: |
En Sauls oom zeide tot hem en tot zijn jongen: Waar zijt gijlieden heengegaan? Hij nu zeide: Om de ezelinnen te zoeken; toen wij zagen, dat zij er niet waren, zo kwamen wij tot Samuel.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Sauls oom zeide tot hem en tot zijn jongen: Waar zijt gijlieden heengegaan? Hij nu zeide: Om de ezelinnen te zoeken; toen wij zagen, dat zij er niet waren, zo kwamen wij tot Samuel.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!