SV | Toen nam Isai een ezel met brood, en een lederen zak met wijn, en een geitenbokje; en hij zond ze door de hand van zijn zoon David aan Saul. |
WLC | וַיִּקַּ֨ח יִשַׁ֜י חֲמֹ֥ור לֶ֙חֶם֙ וְנֹ֣אד יַ֔יִן וּגְדִ֥י עִזִּ֖ים אֶחָ֑ד וַיִּשְׁלַ֛ח בְּיַד־דָּוִ֥ד בְּנֹ֖ו אֶל־שָׁאֽוּל׃ |
Trans. | wayyiqqaḥ yišay ḥămwōr leḥem wənō’ḏ yayin ûḡəḏî ‘izzîm ’eḥāḏ wayyišəlaḥ bəyaḏ-dāwiḏ bənwō ’el-šā’ûl: |
Toen nam Isai een ezel met brood, en een lederen zak met wijn, en een geitenbokje; en hij zond ze door de hand van zijn zoon David aan Saul.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen nam Isai een ezel met brood, en een lederen zak met wijn, en een geitenbokje; en hij zond ze door de hand van zijn zoon David aan Saul.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!