SV | En de vrouw had een gemest kalf in het huis; en zij haastte zich en slachtte het; en zij nam meel, en kneedde het, en bakte daar ongezuurde koeken van. |
WLC | וְלָאִשָּׁ֤ה עֵֽגֶל־מַרְבֵּק֙ בַּבַּ֔יִת וַתְּמַהֵ֖ר וַתִּזְבָּחֵ֑הוּ וַתִּקַּח־קֶ֣מַח וַתָּ֔לָשׁ וַתֹּפֵ֖הוּ מַצֹּֽות׃ |
Trans. | wəlā’iššâ ‘ēḡel-marəbēq babayiṯ watəmahēr watizəbāḥēhû watiqqaḥ-qemaḥ watālāš watōfēhû maṣṣwōṯ: |
En de vrouw had een gemest kalf in het huis; en zij haastte zich en slachtte het; en zij nam meel, en kneedde het, en bakte daar ongezuurde koeken van.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En de vrouw had een gemest kalf in het huis; en zij haastte zich en slachtte het; en zij nam meel, en kneedde het, en bakte daar ongezuurde koeken van.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!