SV | En hij nam al het goud, en het zilver, en al de vaten, die gevonden werden in het huis des HEEREN, en in de schatten van des konings huis, mitsgaders gijzelaars; en hij keerde weder naar Samaria. |
WLC | וְלָקַ֣ח אֶת־כָּל־הַזָּהָב־וְ֠הַכֶּסֶף וְאֵ֨ת כָּל־הַכֵּלִ֜ים הַנִּמְצְאִ֣ים בֵּית־יְהוָ֗ה וּבְאֹֽצְרֹות֙ בֵּ֣ית הַמֶּ֔לֶךְ וְאֵ֖ת בְּנֵ֣י הַתַּֽעֲרֻבֹ֑ות וַיָּ֖שָׁב שֹׁמְרֹֽונָה׃ |
Trans. | wəlāqaḥ ’eṯ-kāl-hazzâāḇ-wəhakesef wə’ēṯ kāl-hakēlîm hanniməṣə’îm bêṯ-yəhwâ ûḇə’ōṣərwōṯ bêṯ hammeleḵə wə’ēṯ bənê hata‘ăruḇwōṯ wayyāšāḇ šōmərwōnâ: |
En hij nam al het goud, en het zilver, en al de vaten, die gevonden werden in het huis des HEEREN, en in de schatten van des konings huis, mitsgaders gijzelaars; en hij keerde weder naar Samaria.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En hij nam al het goud, en het zilver, en al de vaten, die gevonden werden in het huis des HEEREN, en in de schatten van des konings huis, mitsgaders gijzelaars; en hij keerde weder naar Samaria.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!