2 Koningen 18:26

SVToen zeide Eljakim, de zoon van Hilkia, en Sebna, en Joah tot Rabsake: Spreek toch tot uw knechten in het Syrisch, want wij verstaan het [wel]; en spreek met ons niet in het Joods, voor de oren des volks, dat op den muur is.
WLCוַיֹּ֣אמֶר אֶלְיָקִ֣ים בֶּן־חִ֠לְקִיָּהוּ וְשֶׁבְנָ֨ה וְיֹואָ֜ח אֶל־רַב־שָׁקֵ֗ה דַּבֶּר־נָ֤א אֶל־עֲבָדֶ֙יךָ֙ אֲרָמִ֔ית כִּ֥י שֹׁמְעִ֖ים אֲנָ֑חְנוּ וְאַל־תְּדַבֵּ֤ר עִמָּ֙נוּ֙ יְהוּדִ֔ית בְּאָזְנֵ֣י הָעָ֔ם אֲשֶׁ֖ר עַל־הַחֹמָֽה׃
Trans.wayyō’mer ’eləyāqîm ben-ḥiləqîyâû wəšeḇənâ wəywō’āḥ ’el-raḇ-šāqēh daber-nā’ ’el-‘ăḇāḏeyḵā ’ărāmîṯ kî šōmə‘îm ’ănāḥənû wə’al-təḏabēr ‘immānû yəhûḏîṯ bə’āzənê hā‘ām ’ăšer ‘al-haḥōmâ:

Algemeen

Zie ook: Aramees, Eljakim, Joah, Rabsake, Sebna

Aantekeningen

Toen zeide Eljakim, de zoon van Hilkia, en Sebna, en Joah tot Rabsake: Spreek toch tot uw knechten in het Syrisch, want wij verstaan het [wel]; en spreek met ons niet in het Joods, voor de oren des volks, dat op den muur is.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֣אמֶר

Toen zeide

אֶלְיָקִ֣ים

Eljakim

בֶּן־

de zoon

חִ֠לְקִיָּהוּ

van Hilkía

וְ

-

שֶׁבְנָ֨ה

en Sebna

וְ

-

יוֹאָ֜ח

en Joah

אֶל־

tot

רַב־

-

שָׁקֵ֗ה

Rabsaké

דַּבֶּר־

Spreek

נָ֤א

toch

אֶל־

tot

עֲבָדֶ֙יךָ֙

uw knechten

אֲרָמִ֔ית

in het Syrisch

כִּ֥י

want

שֹׁמְעִ֖ים

verstaan

אֲנָ֑חְנוּ

wij

וְ

-

אַל־

ons niet

תְּדַבֵּ֤ר

het en spreek

עִמָּ֙נוּ֙

met

יְהוּדִ֔ית

in het Joods

בְּ

-

אָזְנֵ֣י

voor de oren

הָ

-

עָ֔ם

des volks

אֲשֶׁ֖ר

dat

עַל־

op

הַ

-

חֹמָֽה

den muur


Toen zeide Eljakim, de zoon van Hilkia, en Sebna, en Joah tot Rabsake: Spreek toch tot uw knechten in het Syrisch, want wij verstaan het [wel]; en spreek met ons niet in het Joods, voor de oren des volks, dat op den muur is.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!