SV | Toen bracht men voor de gouden vaten, die men uit den tempel van het huis Gods, die te Jeruzalem geweest was, weggevoerd had; en de koning en zijn geweldigen, zijn vrouwen, en zijn bijwijven dronken daaruit. |
WLC | בֵּאדַ֗יִן הַיְתִיו֙ מָאנֵ֣י דַהֲבָ֔א דִּ֣י הַנְפִּ֗קוּ מִן־הֵֽיכְלָ֛א דִּֽי־בֵ֥ית אֱלָהָ֖א דִּ֣י בִירֽוּשְׁלֶ֑ם וְאִשְׁתִּ֣יו בְּהֹ֗ון מַלְכָּא֙ וְרַבְרְבָנֹ֔והִי שֵׁגְלָתֵ֖הּ וּלְחֵנָתֵֽהּ׃ |
Trans. | bē’ḏayin hayəṯîw mā’nê ḏahăḇā’ dî hanəpiqû min-hêḵəlā’ dî-ḇêṯ ’ĕlâā’ dî ḇîrûšəlem wə’išətîw bəhwōn maləkā’ wəraḇərəḇānwōhî šēḡəlāṯēhh ûləḥēnāṯēhh: |
Toen bracht men voor de gouden vaten, die men uit den tempel van het huis Gods, die te Jeruzalem geweest was, weggevoerd had; en de koning en zijn geweldigen, zijn vrouwen, en zijn bijwijven dronken daaruit.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen bracht men voor de gouden vaten, die men uit den tempel van het huis Gods, die te Jeruzalem geweest was, weggevoerd had; en de koning en zijn geweldigen, zijn vrouwen, en zijn bijwijven dronken daaruit.
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!