SV | Toen zeiden die mannen: Wij zullen tegen dezen Daniel geen gelegenheid vinden, tenzij wij tegen hem [iets] vinden in te wet zijns Gods. |
WLC | אֱ֠דַיִן גֻּבְרַיָּ֤א אִלֵּךְ֙ אָֽמְרִ֔ין דִּ֣י לָ֧א נְהַשְׁכַּ֛ח לְדָנִיֵּ֥אל דְּנָ֖ה כָּל־עִלָּ֑א לָהֵ֕ן הַשְׁכַּ֥חְנָֽה עֲלֹ֖והִי בְּדָ֥ת אֱלָהֵֽהּ׃ ס |
Trans. | ’ĕḏayin guḇərayyā’ ’illēḵə ’āmərîn dî lā’ nəhašəkaḥ ləḏānîyē’l dənâ kāl-‘illā’ lâēn hašəkaḥənâ ‘ălwōhî bəḏāṯ ’ĕlâēhh: |
Toen zeiden die mannen: Wij zullen tegen dezen Daniel geen gelegenheid vinden, tenzij wij tegen hem [iets] vinden in te wet zijns Gods.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen zeiden die mannen: Wij zullen tegen dezen Daniel geen gelegenheid vinden, tenzij wij tegen hem [iets] vinden in te wet zijns Gods.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!