Exodus 4:10

SVToen zeide Mozes tot de HEERE: Och Heere! ik ben geen man wel ter tale, noch van gisteren, noch van eergisteren, noch van toen af, toen Gij tot Uw knecht gesproken hebt; want ik ben zwaar van mond, en zwaar van tong.
WLCוַיֹּ֨אמֶר מֹשֶׁ֣ה אֶל־יְהוָה֮ בִּ֣י אֲדֹנָי֒ לֹא֩ אִ֨ישׁ דְּבָרִ֜ים אָנֹ֗כִי גַּ֤ם מִתְּמֹול֙ גַּ֣ם מִשִּׁלְשֹׁ֔ם גַּ֛ם מֵאָ֥ז דַּבֶּרְךָ אֶל־עַבְדֶּ֑ךָ כִּ֧י כְבַד־פֶּ֛ה וּכְבַ֥ד לָשֹׁ֖ון אָנֹֽכִי׃
Trans.wayyō’mer mōšeh ’el-JHWH bî ’ăḏōnāy lō’ ’îš dəḇārîm ’ānōḵî gam mitəmwōl gam miššiləšōm gam mē’āz daberəḵā ’el-‘aḇədeḵā kî ḵəḇaḏ-peh ûḵəḇaḏ lāšwōn ’ānōḵî:

Algemeen

Zie ook: Mozes, Stotteren, Spreker (moeilijk), Tong (lichaamsdeel)

Aantekeningen

Toen zeide Mozes tot de HEERE: Och Heere! ik ben geen man wel ter tale, noch van gisteren, noch van eergisteren, noch van toen af, toen Gij tot Uw knecht gesproken hebt; want ik ben zwaar van mond, en zwaar van tong.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֨אמֶר

Toen zeide

מֹשֶׁ֣ה

Mozes

אֶל־

-

יְהוָה֮

tot den HEERE

בִּ֣י

Och

אֲדֹנָי֒

Heere

לֹא֩

-

אִ֨ישׁ

-

דְּבָרִ֜ים

ben geen man wel ter tale

אָנֹ֗כִי

-

גַּ֤ם

-

מִ

-

תְּמוֹל֙

noch van gisteren

גַּ֣ם

-

מִ

-

שִּׁלְשֹׁ֔ם

noch van eergisteren

גַּ֛ם

-

מֵ

-

אָ֥ז

noch van toen

דַּבֶּרְךָ

gesproken hebt

אֶל־

-

עַבְדֶּ֑ךָ

af, toen Gij tot Uw knecht

כִּ֧י

-

כְבַד־

want ik ben zwaar

פֶּ֛ה

van mond

וּ

-

כְבַ֥ד

en zwaar

לָשׁ֖וֹן

van tong

אָנֹֽכִי

-


Toen zeide Mozes tot de HEERE: Och Heere! ik ben geen man wel ter tale, noch van gisteren, noch van eergisteren, noch van toen af, toen Gij tot Uw knecht gesproken hebt; want ik ben zwaar van mond, en zwaar van tong.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!