Aantekeningen bij de Bijbel: Genesis 1:6

Genesis 1:6

AB	En God zei: Er komt een uitspansel in het midden van de wateren en dat maakt scheiding tussen wateren en wateren!
SV	En God zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren; en dat make scheiding tussen wateren en wateren!
WLC	וַיֹּ֣אמֶר אֱלֹהִ֔ים יְהִ֥י רָקִ֖יעַ בְּתֹ֣וךְ הַמָּ֑יִם וִיהִ֣י מַבְדִּ֔יל בֵּ֥ין מַ֖יִם לָמָֽיִם׃
Trans.	wayyō’mer ’ĕlōhîm yəhî rāqî‘a bəṯwōḵə hammāyim wîhî maḇədîl bên mayim lāmāyim:

Algemeen

Zie ook: Psalm 33:6, Psalm 104:2, Psalm 136:5, Spreuken 8:28, Jesaja 42:5, Jeremia 10:12, Jeremia 51:15

Aantekeningen

En God zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren; en dat make scheiding tussen wateren en wateren!

een uitspansel..., we moeten hier niet denken aan een vaste koepel (zoals de GNB96 heeft vertaald), het gebruikte Hebreeuwse woord heeft de betekenis van "dun gemaakt" of "uitgestrekt", we kunnen het dan ook het beste vergelijken met de atmosfeer (cf. vs. 8 waar het "hemel" wordt genoemd). Radak geeft dan ook in zijn commentaar: "eigenlijk bestond dit firmament, de horizon, al, aangezien het de atmosfeer was, de lucht, precies zoals de Thora spreekt in vers 20 van ועוף יעופף על הארץ 'en de vogels zullen boven de aarde vliegen', eraan toevoegend: על פני רקיע השמים 'op het oppervlak van het firmament dat de hemel overspant'" (Radak, Gen. 1:6).

Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

H9006

יֹּ֣אמֶר

H559

zeide

אֱלֹהִ֔ים

H430

God

יְהִ֥י

H1961

daar zij

רָקִ֖יעַ

H7549

een uitspansel

בְּ

H9002

ת֣וֹךְ

H8432

het midden

הַ

H9005

der

מָּ֑יִם

H4325

wateren

וִ

H9006

יהִ֣י

H1961

dat make

מַבְדִּ֔יל

H914

scheiding

בֵּ֥ין

H996

tussen

מַ֖יִם

H4325

wateren

לָ

H9013

en de

מָֽיִם

H4325

wateren

En God zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren; en dat make scheiding tussen wateren en wateren!

fin] + ויהי כן LXX (και εγενετό ούτος); omgezet van νs. 7, harmonisatie met ויהי כן vss. 9, 11, 15, 24, 30, cf νs. 3, cf. νs. 20.
רָקִיעַ ^H7549 "firmament, uitspansel" (Gen. 1:6-8, 14-15, 17, 20; Ps. 19:2; 150:1; Ezech. 1:22-23, 25-26; 10:1; Dan. 12:3 †) van רָקַע ^H7554 "spreiden, stampen"; zoals de wolken verspreid zijn aan de hemel. Hier de verspreiding van het water (in de zeeën en rivieren) en het water (in de wolken).

____

וַיֹּ֣אמֶר MT 4QGen^g SP;
אֱלֹהִ֔ים MT (4QGen^b) 4QGen^g SP;
יְהִ֥י MT (4QGen^b) 4QGen^g SP;
רָקִ֖יעַ בְּתֹ֣וךְ MT 4QGen^g SP; omissie Kennicott⁶⁸⁰;

רָקִ֖יעַ MT 4QGen^g SP; στερέωμα ^G4733 LXX; firmamentum Vg;

הַמָּ֑יִם MT 4QGen^g SP;
וִיהִ֣י MT 4QGen^g SP;
מַבְדִּ֔יל MT (4QGen^b 4QGen^g) SP;
בֵּ֥ין MT (4QGen^b) SP;
Voorkomend in 4Q7=4QGen^g (fragmentarisch); 4Q2=4QGen^b

Varianten Kennicott Vetus Testamentum Hebraicum (1780):

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!