Genesis 35:4

SVToen gaven zij Jakob al die vreemde goden, die in hun hand waren, en de oorsierselen, die aan hun oren waren, en Jakob verborg ze onder den eikeboom, die bij Sichem is.
WLCוַיִּתְּנ֣וּ אֶֽל־יַעֲקֹ֗ב אֵ֣ת כָּל־אֱלֹהֵ֤י הַנֵּכָר֙ אֲשֶׁ֣ר בְּיָדָ֔ם וְאֶת־הַנְּזָמִ֖ים אֲשֶׁ֣ר בְּאָזְנֵיהֶ֑ם וַיִּטְמֹ֤ן אֹתָם֙ יַעֲקֹ֔ב תַּ֥חַת הָאֵלָ֖ה אֲשֶׁ֥ר עִם־שְׁכֶֽם׃
Trans.wayyitənû ’el-ya‘ăqōḇ ’ēṯ kāl-’ĕlōhê hannēḵār ’ăšer bəyāḏām wə’eṯ-hannəzāmîm ’ăšer bə’āzənêhem wayyiṭəmōn ’ōṯām ya‘ăqōḇ taḥaṯ hā’ēlâ ’ăšer ‘im-šəḵem:

Algemeen

Zie ook: Afgoden, Amulet, Boom (heilige), Eik, Hand (lichaamsdeel), Jakob, Sichem (heilige boom), Sichem (plaats), Terafim, Terebint

Aantekeningen

Toen gaven zij Jakob al die vreemde goden, die in hun hand waren, en de oorsierselen, die aan hun oren waren, en Jakob verborg ze onder den eikeboom, die bij Sichem is.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יִּתְּנ֣וּ

Toen gaven zij

אֶֽל־

-

יַעֲקֹ֗ב

Jakob

אֵ֣ת

ze

כָּל־

al

אֱלֹהֵ֤י

goden

הַ

-

נֵּכָר֙

die vreemde

אֲשֶׁ֣ר

die

בְּ

-

יָדָ֔ם

in hun hand

וְ

-

אֶת־

-

הַ

-

נְּזָמִ֖ים

waren, en de oorsierselen

אֲשֶׁ֣ר

die

בְּ

-

אָזְנֵיהֶ֑ם

aan hun oren

וַ

-

יִּטְמֹ֤ן

verborg

אֹתָם֙

-

יַעֲקֹ֔ב

waren, en Jakob

תַּ֥חַת

onder

הָ

-

אֵלָ֖ה

den eikeboom

אֲשֶׁ֥ר

die

עִם־

bij

שְׁכֶֽם

Sichem


Toen gaven zij Jakob al die vreemde goden, die in hun hand waren, en de oorsierselen, die aan hun oren waren, en Jakob verborg ze onder den eikeboom, die bij Sichem is.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!