SV | En Debora, de voedster van Rebekka, stierf, en zij werd begraven onder aan Beth-el; onder dien eik, welks naam hij noemde Allon-bachuth. |
WLC | וַתָּ֤מָת דְּבֹרָה֙ מֵינֶ֣קֶת רִבְקָ֔ה וַתִּקָּבֵ֛ר מִתַּ֥חַת לְבֵֽית־אֵ֖ל תַּ֣חַת הָֽאַלֹּ֑ון וַיִּקְרָ֥א שְׁמֹ֖ו אַלֹּ֥ון בָּכֽוּת׃ פ |
Trans. | watāmāṯ dəḇōrâ mêneqeṯ riḇəqâ watiqqāḇēr mitaḥaṯ ləḇêṯ-’ēl taḥaṯ hā’allwōn wayyiqərā’ šəmwō ’allwōn bāḵûṯ: |
En Debora, de voedster van Rebekka, stierf, en zij werd begraven onder aan Beth-el; onder dien eik, welks naam hij noemde Allon-bachuth.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Debora, de voedster van Rebekka, stierf, en zij werd begraven onder aan Beth-el; onder dien eik, welks naam hij noemde Allon-bachuth.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!