Aantekeningen bij de Bijbel: Genesis 4:20

Genesis 4:20

SV	En Ada baarde Jabal; deze is geweest een vader dergenen, die tenten bewoonden, en vee [hadden].
WLC	וַתֵּ֥לֶד עָדָ֖ה אֶת־יָבָ֑ל ה֣וּא הָיָ֔ה אֲבִ֕י יֹשֵׁ֥ב אֹ֖הֶל וּמִקְנֶֽה׃
Trans.	watēleḏ ‘āḏâ ’eṯ-yāḇāl hû’ hāyâ ’ăḇî yōšēḇ ’ōhel ûmiqəneh:

Algemeen

En Ada baarde Jabal; deze is geweest een vader dergenen, die tenten bewoonden, en vee [hadden].

een vader dergenen, Jabal was de eerste die dit deed en wordt daarom de vader genoemd van hen die hem navolgden hierin.
die tenten bewoonden, een aanduiding dat deze als bedoeïenen rondtrokken met hun kuddes.
en vee [hadden], Dit lijkt tegenstrijdig met vers 1 waar staat dat Abel een schaapherder was. Echter het kan ook zo opgevat worden dat Jabel en zijn kinderen als nomaden met hun kuddes rondtrokken (als levensstijl), terwijl Abel dat (mogelijk) niet deed.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

תֵּ֥לֶד

baarde

עָדָ֖ה

Ada

אֶת־

יָבָ֑ל

Jabal

ה֣וּא

deze

הָיָ֔ה

is geweest

אֲבִ֕י

een vader

יֹשֵׁ֥ב

dergenen, die bewoonden

אֹ֖הֶל

tenten

וּ

מִקְנֶֽה

vee

En Ada baarde Jabal; deze is geweest een vader dergenen, die tenten bewoonden, en vee [hadden].

עָדָה H5711 persoonsnaam "Ada" (Gen. 4:19-20, 23); afgeleid van עֲדִי ^H5716 met als betekenis "ornament, versiering, schoonheid".
יָבָל ^H2989 hapax "Jabal";
אֹהֶל ^H168 "tent", de tent van bedoeïenen of nomaden.

____

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!