SV | Gij zult [ook] verzadigd worden met schande, voor eer; drinkt gij ook, en ontbloot de voorhuid; de beker der rechterhand des HEEREN zal zich tot u wenden, en er zal een schandelijk uitbraaksel over uw heerlijkheid zijn. |
WLC | שָׂבַ֤עְתָּ קָלֹון֙ מִכָּבֹ֔וד שְׁתֵ֥ה גַם־אַ֖תָּה וְהֵֽעָרֵ֑ל תִּסֹּ֣וב עָלֶ֗יךָ כֹּ֚וס יְמִ֣ין יְהוָ֔ה וְקִיקָלֹ֖ון עַל־כְּבֹודֶֽךָ׃ |
Trans. | śāḇa‘ətā qālwōn mikāḇwōḏ šəṯēh ḡam-’atâ wəhē‘ārēl tisswōḇ ‘āleyḵā kwōs yəmîn JHWH wəqîqālwōn ‘al-kəḇwōḏeḵā: |
Gij zult [ook] verzadigd worden met schande, voor eer; drinkt gij ook, en ontbloot de voorhuid; de beker der rechterhand des HEEREN zal zich tot u wenden, en er zal een schandelijk uitbraaksel over uw heerlijkheid zijn.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Gij zult [ook] verzadigd worden met schande, voor eer; drinkt gij ook, en ontbloot de voorhuid; de beker der rechterhand des HEEREN zal zich tot u wenden, en er zal een schandelijk uitbraaksel over uw heerlijkheid zijn.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!