SV | En de vorsten werden zeer toornig op Jeremia en sloegen hem; en zij stelden hem in het gevangenhuis, ten huize van Jonathan, den schrijver; want zij hadden dat tot een gevangenhuis gemaakt. |
WLC | וַיִּקְצְפ֧וּ הַשָּׂרִ֛ים עַֽל־יִרְמְיָ֖הוּ וְהִכּ֣וּ אֹתֹ֑ו וְנָתְנ֨וּ אֹותֹ֜ו בֵּ֣ית הָאֵס֗וּר בֵּ֚ית יְהֹונָתָ֣ן הַסֹּפֵ֔ר כִּֽי־אֹתֹ֥ו עָשׂ֖וּ לְבֵ֥ית הַכֶּֽלֶא׃ |
Trans. | wayyiqəṣəfû haśśārîm ‘al-yirəməyâû wəhikû ’ōṯwō wənāṯənû ’wōṯwō bêṯ hā’ēsûr bêṯ yəhwōnāṯān hassōfēr kî-’ōṯwō ‘āśû ləḇêṯ hakele’: |
En de vorsten werden zeer toornig op Jeremia en sloegen hem; en zij stelden hem in het gevangenhuis, ten huize van Jonathan, den schrijver; want zij hadden dat tot een gevangenhuis gemaakt.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En de vorsten werden zeer toornig op Jeremia en sloegen hem; en zij stelden hem in het gevangenhuis, ten huize van Jonathan, den schrijver; want zij hadden dat tot een gevangenhuis gemaakt.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!