SV | Want ik hoor een stem als van een [vrouw], die in arbeid is, een benauwdheid als van een, die in des eersten kinds nood is, de stem van de dochter Sions; zij hijgt, zij breidt haar handen uit, [zeggende:] O, wee mij nu, want mijn ziel is moede vanwege de doodslagers! |
WLC | כִּי֩ קֹ֨ול כְּחֹולָ֜ה שָׁמַ֗עְתִּי צָרָה֙ כְּמַבְכִּירָ֔ה קֹ֧ול בַּת־צִיֹּ֛ון תִּתְיַפֵּ֖חַ תְּפָרֵ֣שׂ כַּפֶּ֑יהָ אֹֽוי־נָ֣א לִ֔י כִּֽי־עָיְפָ֥ה נַפְשִׁ֖י לְהֹרְגִֽים׃ פ |
Trans. | kî qwōl kəḥwōlâ šāma‘ətî ṣārâ kəmaḇəkîrâ qwōl baṯ-ṣîywōn tiṯəyapēḥa təfārēś kapeyhā ’wōy-nā’ lî kî-‘āyəfâ nafəšî ləhōrəḡîm: |
Want ik hoor een stem als van een [vrouw], die in arbeid is, een benauwdheid als van een, die in des eersten kinds nood is, de stem van de dochter Sions; zij hijgt, zij breidt haar handen uit, [zeggende:] O, wee mij nu, want mijn ziel is moede vanwege de doodslagers!
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Want ik hoor een stem als van een [vrouw], die in arbeid is, een benauwdheid als van een, die in des eersten kinds nood is, de stem van de dochter Sions; zij hijgt, zij breidt haar handen uit, [zeggende:] O, wee mij nu, want mijn ziel is moede vanwege de doodslagers!
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!