SV | [Maar] die zich op gesneden beelden verlaten, die tot de gegoten beelden zeggen: Gij zijt onze goden; die zullen achterwaarts keren, [en] met schaamte beschaamd worden. |
WLC | נָסֹ֤גוּ אָחֹור֙ יֵבֹ֣שׁוּ בֹ֔שֶׁת הַבֹּטְחִ֖ים בַּפָּ֑סֶל הָאֹמְרִ֥ים לְמַסֵּכָ֖ה אַתֶּ֥ם אֱלֹהֵֽינוּ׃ ס |
Trans. | nāsōḡû ’āḥwōr yēḇōšû ḇōšeṯ habōṭəḥîm bapāsel hā’ōmərîm ləmassēḵâ ’atem ’ĕlōhênû: |
[Maar] die zich op gesneden beelden verlaten, die tot de gegoten beelden zeggen: Gij zijt onze goden; die zullen achterwaarts keren, [en] met schaamte beschaamd worden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
[Maar] die zich op gesneden beelden verlaten, die tot de gegoten beelden zeggen: Gij zijt onze goden; die zullen achterwaarts keren, [en] met schaamte beschaamd worden.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!