Jesaja 45:4

SVOm Jakobs, Mijns knechts wil, en Israels, Mijns uitverkorenen; ja, Ik riep u bij uw naam, Ik noemde u toe, hoewel gij Mij niet kendet.
WLCלְמַ֙עַן֙ עַבְדִּ֣י יַעֲקֹ֔ב וְיִשְׂרָאֵ֖ל בְּחִירִ֑י וָאֶקְרָ֤א לְךָ֙ בִּשְׁמֶ֔ךָ אֲכַנְּךָ֖ וְלֹ֥א יְדַעְתָּֽנִי׃
Trans.ləma‘an ‘aḇədî ya‘ăqōḇ wəyiśərā’ēl bəḥîrî wā’eqərā’ ləḵā bišəmeḵā ’ăḵannəḵā wəlō’ yəḏa‘ətānî:

Algemeen

Zie ook: Jakob

Aantekeningen

Om Jakobs, Mijns knechts wil, en Israels, Mijns uitverkorenen; ja, Ik riep u bij uw naam, Ik noemde u toe, hoewel gij Mij niet kendet.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

לְמַ֙עַן֙

-

עַבְדִּ֣י

Mijns knechts

יַעֲקֹ֔ב

Om Jakobs

וְ

-

יִשְׂרָאֵ֖ל

wil, en Israëls

בְּחִירִ֑י

Mijns uitverkorenen

וָ

-

אֶקְרָ֤א

ja, Ik riep

לְ

-

ךָ֙

-

בִּ

-

שְׁמֶ֔ךָ

bij uw naam

אֲכַנְּךָ֖

Ik noemde toe

וְ

-

לֹ֥א

-

יְדַעְתָּֽנִי

hoewel gij Mij niet kendet


Om Jakobs, Mijns knechts wil, en Israëls, Mijns uitverkorenen; ja, Ik riep u bij uw naam, Ik noemde u toe, hoewel gij Mij niet kendet.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!