Aantekeningen bij de Bijbel: Jesaja 53:1

Jesaja 53:1

SV	Wie heeft onze prediking geloofd, en aan wien is de arm des HEEREN geopenbaard?
WLC	מִ֥י הֶאֱמִ֖ין לִשְׁמֻעָתֵ֑נוּ וּזְרֹ֥ועַ יְהוָ֖ה עַל־מִ֥י נִגְלָֽתָה׃
Trans.	mî he’ĕmîn lišəmu‘āṯēnû ûzərwō‘a JHWH ‘al-mî niḡəlāṯâ:

Algemeen

Dit hoofdstuk wordt door vele christenen gezien als een van de belangrijkste profetieën over de komst van de Messias. Mede omdat Johannes de Doper naar dit hoofdstuk verwijst (Joh. 1:29) en ook omdat dit hoofdstuk de aanleiding was voor het gesprek van de kamerling van Candace en Filippus (Hand. 8:32). De Joden zagen in het verleden het ook Messiaans, maar (onder invloed van christenen) wezen ze dit later af (zie bv. Marshall Roth, Isaiah 53: The Suffering Servant in Aish.com, 21 mei 2011).. Een goed artikel hierover is van Rob Cassuto.

Geen verboden hoofdstuk

Soms wordt door christenen, meestal afkomstig uit de Messiaanse beweging, gesteld dat dit een "verboden hoofdstuk" is voor de Joden (YouTube). Dit is een hoax, want hoewel dit hoofdstuk niet is opgenomen in de haftarah (Bijbelgedeelten die in een leesrooster zijn opgenomen), staat het gewoon in iedere Tenach (de Joodse benaming voor het Oude Testament) en zal iedere Jood, als die Jesaja doorleest, ook dit hoofdstuk lezen. Ook de stelling dat het hoofdstuk later door rabbijnen zou zijn verwijderd uit de haftarah klopt niet, daar het gedeelte waarin de laatste hoofdstukken van Jesaja worden behandeld in de haftarah ook is teruggevonden in de Dode Zee-rol 4Q176 en waar dit hoofdstuk ook niet is opgenomen (→ Haftarah waar dit verder wordt behandeld). Deze stelling en de vaak daarna aangehaalde bewering "zij zijn verblind" is antisemitisme welke in een vroom jasje is gestoken.

Wie heeft onze prediking geloofd, en aan wien is de arm des HEEREN geopenbaard?

uitgestrekten arm, In veel Bijbelteksten wordt met Gods "arm" (זְרוֹעַ ^H2220) een verlossing van het Joodse volk tegen fysieke vervolging bedoeld. Bijvoorbeeld, God nam de Joden uit Egypte "met een sterke hand en een uitgestrekte arm" (Deut. 26:8; cf. Ex. 3:20; 6:5; 14:31; 15:6; Deut. 4:34; 7:19; Jes. 51:9; 52:10; 53:1; 62:8; 63:12; Jer. 21:5; 27:5; Ezech. 20:33; Ps. 44:3; 89:11; 98:1; 136:12).

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

מִ֥י

הֶאֱמִ֖ין

geloofd

לִ

שְׁמֻעָתֵ֑נוּ

Wie heeft onze prediking

וּ

זְר֥וֹעַ

en aan wien is de arm

יְהוָ֖ה

des HEEREN

עַל־

מִ֥י

נִגְלָֽתָה

geopenbaard

Wie heeft onze prediking geloofd, en aan wien is de arm des HEEREN geopenbaard?

____

מִ֥י הֶאֱמִ֖ין לִשְׁמֻעָתֵ֑נוּ MT 1QIsa^b; κύριε τίς ἐπίστευσεν τῇ ἀκοῇ ἡμῶν LXX ABP;

וּזְרֹ֥ועַ MT 1QIsa^a 1QIsa^b; וזרע Kennicott¹⁷⁸;
יְהוָ֖ה MT 1QIsa^a 1QIsa^b κυρίου LXX ABP;
עַל־מִ֥י "aan wie" MT; אל מיx1QIsa^a 1QIsa^b;
נִגְלָֽתָה MT 1QIsa^a 1QIsa^b; נגליתה Kennicott¹⁵⁹; ניגלית Kennicott⁹⁶;
Voorkomend in 1QIsa^a (algemeen volgend MT); 1Q8=1QIsa^b (fragmentarisch); 4Q57=4QIsa^c (fragmentarisch);

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!