Aantekeningen bij de Bijbel: Job 30:10

Job 30:10

SV	Zij hebben een gruwel aan mij, zij maken zich verre van mij, ja, zij onthouden het speeksel niet van mijn aangezicht.
WLC	תִּֽ֭עֲבוּנִי רָ֣חֲקוּ מֶ֑נִּי וּ֝מִפָּנַ֗י לֹא־חָ֥שְׂכוּ רֹֽק׃
Trans.	ti‘ăḇûnî rāḥăqû mennî ûmipānay lō’-ḥāśəḵû rōq:

Algemeen

Zij hebben een gruwel aan mij, zij maken zich verre van mij, ja, zij onthouden het speeksel niet van mijn aangezicht.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

תִּֽ֭עֲבוּנִי

Zij hebben een gruwel

רָ֣חֲקוּ

mij, zij maken zich verre

מֶ֑

נִּי

aan

וּ֝

מִ

פָּנַ֗י

mijn aangezicht

לֹא־

niet

חָ֥שְׂכוּ

van mij, ja, zij onthouden

רֹֽק

het speeksel

Zij hebben een gruwel aan mij, zij maken zich verre van mij, ja, zij onthouden het speeksel niet van mijn aangezicht.

________

Na מֶ֑נִּי is er een nieuwe regel in MT^Ginsburg, in andere manuscripten een lege ruimte.
Na het einde van de zin is er een nieuwe regel in MT^Ginsburg.

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!