Aantekeningen bij de Bijbel: Job 39:11

Job 39:11

SV	Dat hij uitspeurt op de bergen, is zijn weide; en hij zoekt allerlei groensel na.
WLC	יְתוּר הָרִים מִרְעֵהוּ וְאַחַר כָּל־יָרוֹק יִדְרֽוֹשׁ׃
Trans.	39:8 yəṯûr hārîm mirə‘ēhû wə’^aḥar kāl-yārwōq yiḏərwōš:

Algemeen

Zie ook: Bergen

Dat hij uitspeurt op de bergen, is zijn weide; en hij zoekt allerlei groensel na.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

יְת֣וּר

uitspeurt

הָרִ֣ים

op de bergen

מִרְעֵ֑הוּ

is zijn weide

וְ

אַחַ֖ר

כָּל־

allerlei

יָר֣וֹק

groensel

יִדְרֽוֹשׁ

en hij zoekt

Dat hij uitspeurt op de bergen, is zijn weide; en hij zoekt allerlei groensel na.

יָתוּר ^H3491 hapax "uitspeuren, afzoeken";
מִרְעֶה ^H4829 "weide, voederplaats" (Gen. 47:4; 1 Kron. 4:39ev.; Job 39:11; Jes. 32:14; Klaagl. 1:6; Ezech. 34:14, 18; Joel 1:18 †).
יָרוֹק ^H3387 hapax "allerlei groensel, al wat groen is";

____

Afwijkende versnummering SV;
יָרוֹק MT; ירק Kennicott^{17 30 92 93 118 224 235};
יִדְרֽוֹשׁ MT; ידרש Kennicott^{2 17 18 30 48 76 80 94 95 99 117 168 170 173 235 240 248 266 283};

____

Na מִרְעֵהוּ is er een nieuwe regel in MT^Ginsburg, in andere manuscripten een lege ruimte.
Na het einde van de zin is er een nieuwe regel in MT^Ginsburg.

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!