Aantekeningen bij de Bijbel: Jozua 4:6

Jozua 4:6

SV	Opdat dit een teken zij onder ulieden; wanneer uw kinderen morgen vragen zullen, zeggende: Wat zijn u deze stenen?
WLC	לְמַ֗עַן תִּֽהְיֶ֛ה זֹ֥את אֹ֖ות בְּקִרְבְּכֶ֑ם כִּֽי־יִשְׁאָל֨וּן בְּנֵיכֶ֤ם מָחָר֙ לֵאמֹ֔ר מָ֛ה הָאֲבָנִ֥ים הָאֵ֖לֶּה לָכֶֽם׃
Trans.	ləm^a‘an tihəyeh zō’ṯ ’wōṯ bəqirəbəḵem kî-yišə’ālûn bənêḵem māḥār lē’mōr mâ hā’ăḇānîm hā’ēlleh lāḵem:

Algemeen

Opdat dit een teken zij onder ulieden; wanneer uw kinderen morgen vragen zullen, zeggende: Wat zijn u deze stenen?

Opdat dit, nl. de stenen die men naar de kant heeft gedragen.
een teken zij, nl. een herinnering in de vorm van een monument van wat er is gebeurd en in het volgende vers wordt uitgelegd. Het Hebreeuwse woord ʾôt ^H226 heeft in eerste instantie de betekenis van een "(wonder)teken", zo kreeg Kaïn een teken van God zodat niemand hem zou neerslaan (Gen. 4:15), terwijl Noach de regenboog als teken kreeg (Gen. 9:13). Meer fysiek wordt de besnijdenis als teken beschouwd (Gen. 17:11), net zoals de de staf van Aaron (Num. 17:10). Ook de joodse gebedsriemen zijn een teken om hen aan God te herinneren (Deut. 6:8). Het is niet opvallend dat juist dit woord hier wordt gebruikt en niet het meer gangbare massebah ^H4676, zoals bij Jakob als die te Bethel een steenhoop opricht (Gen. 28:18, 22; 31:13) of zoals hij deed bij het graf van Rachel (Gen. 35:20), omdat deze vaak (later) dienden voor het vereren van afgoden en ten strengste verboden was (Lev. 26:1; Deut. 7:5; 12:3; 16:22). Uit het zorgvuldig gekozen woordgebruik zien we dat het een gedenkteken is en niet mag verworden tot een cultusobject, zoals we bij de "bronzen slang" van Mozes hebben gezien (Num. 21:8ev.; 2 Kon. 18:4ev.). Na de Uittocht zien we dan ook dat het woord massebah ^H4676 nog slechts eenmaal als 'monument' wordt gebruikt en dat is in de apocalyptische profetie van Jesaja over Egypte (Jes. 19:19).