SV | En Hij zeide tot hen: Gij zijt [het], die uzelven rechtvaardigt voor de mensen; maar God kent uw harten; want dat hoog is onder de mensen, is een gruwel voor God. |
Steph | και ειπεν αυτοις υμεις εστε οι δικαιουντες εαυτους ενωπιον των ανθρωπων ο δε θεος γινωσκει τας καρδιας υμων οτι το εν ανθρωποις υψηλον βδελυγμα ενωπιον του θεου εστιν |
Trans. | kai eipen autois ymeis este oi dikaiountes eautous enōpion tōn anthrōpōn o de theos ginōskei tas kardias ymōn oti to en anthrōpois ypsēlon bdelygma enōpion tou theou estin |
En Hij zeide tot hen: Gij zijt [het], die uzelven rechtvaardigt voor de mensen; maar God kent uw harten; want dat hoog is onder de mensen, is een gruwel voor God.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Hij zeide tot hen: Gij zijt [het], die uzelven rechtvaardigt voor de mensen; maar God kent uw harten; want dat hoog is onder de mensen, is een gruwel voor God.
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!