Context
Literatuur
Vertalingen

Mattheus 27:34

Algemeen

Aantekeningen

Gaven zij Hem te drinken edik met gal gemengd; en als Hij [dien] gesmaakt had, wilde Hij niet drinken.

• edik, "azijn, zure wijn" een bittere drank, sommigen zeggen ook bedwelmend om de pijn minder voelbaar te maken, maar dat is onwaarschijnlijk daar het een straf is, waarschijnlijk was het een extra foltering om te kunnen lachen om de grimassen van de veroordeelde.
• met gal, Als Jezus op de executieplaats Golgotha is gebracht willen ze Hem voordat Hij wordt gekruisigd een drank van zure wijn vermengd met iets bitters cholēs geven, waarmee de profetie van Ps. 69:22 in vervulling gaat. Bij de Joden was het de gewoonte om voor de terechtstelling de ter dood veroordeelde een verdovende drank te geven om de pijn te verlichten.  We moeten dan ook dit toedienen van wijn gemengd met gif opvatten als een weldaad. Jezus moet dit geweten hebben en toen Hij proefde wat ze Hem gaven, wees Hij dit resoluut af omdat Hij bij volle bewustzijn Zijn lijden wilde dragen.
  Het Hebreeuwse woord רֹאשׁ ^H7219 rosh wordt door verschillende geleerden geïdentificeerd met de Gevlekte Scheerling (Conium maculatum), hoewel hier vanuit het Grieks geen directe taalkundige ondersteuning voor is. In de Bijbelse context wordt het echter steeds in verband gebracht met een bittere en giftige drank of voedsel. Omdat het veelvuldig in het Oude Testament gebruikt wordt in combinatie met Alsem (Artemisia herba-alba Asso), lijkt het dat het om een specifieke plant gaat of een synoniem. Het is dan ook zeker niet vergezocht dat er de Conium, welke werd gebruikt om mensen mee te vergiftigen, mee wordt bedoeld. Ook de LXX vertaalt het Hebreeuwse woord rosh steeds met cholēs, wat een verdere bevestiging is dat ook hier dezelfde plant wordt bedoeld.
• als Hij [dien] gesmaakt had, Jezus proefde er dus wel van.

Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

Gaven zij Hem te drinken edik met gal gemengd; en als Hij [dien] gesmaakt had, wilde Hij niet drinken.

• οἶνον ‭א B D K L Θ Π^* f¹ f¹³ 22 33 69 543 788 826 pc vg syr^s syr^h(mg) cop^sa cop^bo arm geo¹ WH NR CEI Riv TILC Nv NM; ὀξὸς (zie Ps. 69:22 חֹֽמֶץ ^H2558 LXX ὄξος) A N W Π^c 0250 0281 124 346 565 579 700 828 892 983 1424 1582^c Byz it^c it^f it^h it^q syr^p syr^h cop^mae cop^bo(mss) geo² Irenaeus Tertullian Origen ς ND Dio
• ἠθέλησεν ‭א^* ‭א² B D L Θ 0250 f¹ f¹³ 33 892 1010 pc; ἤθελεν ‭א¹ A W Byz ς
• Komt niet voor in minuscule 28, ε 168, Colbertinus 4705 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 135): Mat. 7:19-9:22, 14:33-16:10, 26:70-27:48, Luk. 20:19-22:46, Joh. 12:40-13:1; 15:24-16:12, 18:16-28, 20:19-21:4, 21:19-einde.
• Lacune in minuscule 446, ε 507 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 190-191): Mat. 1:1-17; 26:47-27:40; Mark. 1:1-9; Luk. 1:1-18; Joh. 1:1-21;

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!