AB | In een kring rondom de troon waren 24 tronen. Op de tronen zag ik de 24 zittende ouderlingen, omhuld in witte gewaden en zij hadden gouden kransen op hun hoofden. |
SV | En rondom den troon waren vier en twintig tronen; en op de tronen zag ik de vier en twintig ouderlingen zittende, bekleed met witte klederen, en zij hadden gouden kronen op hun hoofden. |
Steph | και κυκλοθεν του θρονου θρονοι εικοσι και τεσσαρεσ και επι τους θρονους ειδον τουσ εικοσι και τεσσαρασ πρεσβυτερους καθημενους περιβεβλημενους εν ιματιοις λευκοις και εσχον επι τας κεφαλας αυτων στεφανους χρυσους |
Trans. | kai kyklothen tou thronou thronoi eikosi kai tessares̱ kai epi tous thronous eidon tous̱ eikosi kai tessaras̱ presbyterous kathēmenous peribeblēmenous en imatiois leukois kai eschon epi tas kephalas autōn stephanous chrysous |
En rondom den troon waren vier en twintig tronen; en op de tronen zag ik de vier en twintig ouderlingen zittende, bekleed met witte klederen, en zij hadden gouden kronen op hun hoofden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En rondom den troon waren vier en twintig tronen; en op de tronen zag ik de vier en twintig ouderlingen zittende, bekleed met witte klederen, en zij hadden gouden kronen op hun hoofden.
____ ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!