Psalm 122:1

ABEen bedevaartlied van David.Ik verblijd me over hen die tot mij zeggen: Wij zullen gaan naar de tempel van de HEER.
SVEen lied Hammaaloth, van David. Ik verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in het huis des HEEREN gaan.
WLCשִׁ֥יר הַֽמַּעֲלֹ֗ות לְדָ֫וִ֥ד מַחְתִּי בְּאֹמְרִ֣ים לִ֑י בֵּ֖ית יְהוָ֣ה נֵלֵֽךְ׃
Trans.šîr hamma‘ălwōṯ ləḏāwiḏ śāmaḥətî bə’ōmərîm lî bêṯ JHWH nēlēḵə:

Algemeen

Zie ook: David (koning), David (Psalmen van), Hammaaloth

P 1a Een lied Hammaaloth, van David
A 1b Ik verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in het huis des HEEREN gaan.
   B 2 Onze voeten zijn staande in uw poorten, o Jeruzalem!
      C
3 Jeruzalem is gebouwd, als een stad, die wel samengevoegd is;
         D
4 Waarheen de stammen opgaan, de stammen des HEEREN, [tot] de getuigenis Israëls, om den Naam des HEEREN te danken.
            E
5 Want daar zijn de stoelen des gerichts gezet, de stoelen van het huis van David.
         D'
6 Bidt om den vrede van Jeruzalem; wel moeten zij varen, die u beminnen.
      C' 7 Vrede zij in uw vesting, welvaren in uw paleizen.
   B' 8 Om mijner broederen en mijner vrienden wil, zal ik nu spreken, vrede zij in u!
A' 9 Om des huizes des HEEREN, onzes Gods wil, zal ik het goede voor u zoeken

Aantekeningen

Een lied Hammaaloth, van David. Ik verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in het huis des HEEREN gaan.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

שִׁ֥יר

Een lied

הַֽ

-

מַּעֲל֗וֹת

Hammaälôth

לְ

-

דָ֫וִ֥ד

van David

שָׂ֭מַחְתִּי

Ik verblijd mij

בְּ

-

אֹמְרִ֣ים

in degenen, die tot mij zeggen

לִ֑י

-

בֵּ֖ית

Wij zullen in het huis

יְהוָ֣ה

des HEEREN

נֵלֵֽךְ

-


Een lied Hammaaloth, van David. Ik verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in het huis des HEEREN gaan.

________

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!