Context
Literatuur
Vertalingen

Psalm 137:2

Algemeen

Aantekeningen

Wij hebben onze harpen gehangen aan de wilgen, die daarin zijn.

• Het gaat hier niet om zomaar wat amateurmusici maar om de Levieten die normaal in de tempel speelden en nu in ballingschap zijn, het zijn deze Levieten die de lier/harp aan de wilgen hangen, omdat ze niet meer in de tempel kunnen spelen.
• Hiervandaan komt de Nederlandse uitdrukking "De lier aan de wilgen hangen" of "De harp aan de wilgen hangen"

Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

Wij hebben onze harpen gehangen aan de wilgen, die daarin zijn.

• עָרָב ^H6155 boom "populier" of "wilg" (Lev. 23:40; Job 40:17; Ps. 137:2; Jes. 15:7; 44:4 †); De wilg welke in deze passage wordt genoemd is niet zoals in veel oudere commentaren (Gesenius: Ps. 137:2 where the Salix Babylonica, Linn. is to be understood, with its pendulous foliage, a symbol of grief and mourning; Germ. Trauerweide , weeping willow; Keil & Delitzsch Ps 137: The willow (צַפְצָפָה) and viburnum, those trees which are associated with flowing water in hot low-lying districts, are indigenous in the richly watered lowlands of Babylonia. עָרָב a (עֲרָבָה), if one and the same with Arab. grb, is not the willow, least of all the weeping-willow, which is called ṣafsaf mustahi in Arabic, “the bending-down willow,” but the viburnum with identate leaves, described by Wetzstein on Isa 44:4. The Talmud even distinguishes between tsaph-tsapha and ‛araba, but without our being able to obtain any sure botanic picture from it.) wordt gesteld de treurende wilg (Salix babylonica), daar deze van oorsprong uit China komt en pas later (vermoedelijk pas in de Middeleeuwen) naar het Midden-Oosten en Europa is geïmporteerd. Moderne vertalingen (NET On the poplars in her midst we hang our harps; NIV There on the poplars we hung our harps.) noemen de Populier (Populus euphratica Olivier).
• תָּלָה ^H8518 "(op)hangen" en dan vooral ter tentoonstelling voor anderen (cf. Gen. 40:19; 41:13; Deut. 21:22ev.; Joz. 8:29; 10:26; 2 Sam. 4:12; etc.).
• כנור kinnor "lier, harp"

• Afwijkende versnummering: hoofdstuk/vers MT 137:2; LXX 136:2

• Varianten Kennicott Vetus Testamentum Hebraicum (1780):
  

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!