Richteren 15:6

SVToen zeiden de Filistijnen: Wie heeft dit gedaan? En men zeide: Simson, de schoonzoon van den Thimniet, omdat hij zijn huisvrouw heeft genomen, en heeft haar aan zijn metgezel gegeven. Toen kwamen de Filistijnen op, en verbrandden haar en haar vader met vuur.
WLCוַיֹּאמְר֣וּ פְלִשְׁתִּים֮ מִ֣י עָ֣שָׂה זֹאת֒ וַיֹּאמְר֗וּ שִׁמְשֹׁון֙ חֲתַ֣ן הַתִּמְנִ֔י כִּ֚י לָקַ֣ח אֶת־אִשְׁתֹּ֔ו וַֽיִּתְּנָ֖הּ לְמֵרֵעֵ֑הוּ וַיַּעֲל֣וּ פְלִשְׁתִּ֔ים וַיִּשְׂרְפ֥וּ אֹותָ֛הּ וְאֶת־אָבִ֖יהָ בָּאֵֽשׁ׃
Trans.wayyō’mərû fəlišətîm mî ‘āśâ zō’ṯ wayyō’mərû šiməšwōn ḥăṯan hatimənî kî lāqaḥ ’eṯ-’išətwō wayyitənāh ləmērē‘ēhû wayya‘ălû fəlišətîm wayyiśərəfû ’wōṯāh wə’eṯ-’āḇîhā bā’ēš:

Algemeen

Zie ook: Filistijnen, Simson, Thimnath

Aantekeningen

Toen zeiden de Filistijnen: Wie heeft dit gedaan? En men zeide: Simson, de schoonzoon van den Thimniet, omdat hij zijn huisvrouw heeft genomen, en heeft haar aan zijn metgezel gegeven. Toen kwamen de Filistijnen op, en verbrandden haar en haar vader met vuur.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּאמְר֣וּ

Toen zeiden

פְלִשְׁתִּים֮

de Filistijnen

מִ֣י

Wie

עָ֣שָׂה

gedaan

זֹאת֒

heeft dit

וַ

-

יֹּאמְר֗וּ

En men zeide

שִׁמְשׁוֹן֙

Simson

חֲתַ֣ן

de schoonzoon

הַ

-

תִּמְנִ֔י

van den Thimniet

כִּ֚י

omdat

לָקַ֣ח

heeft genomen

אֶת־

haar

אִשְׁתּ֔וֹ

hij zijn huisvrouw

וַֽ

-

יִּתְּנָ֖הּ

gegeven

לְ

-

מֵרֵעֵ֑הוּ

en heeft haar aan zijn metgezel

וַ

-

יַּעֲל֣וּ

Toen kwamen

פְלִשְׁתִּ֔ים

de Filistijnen

וַ

-

יִּשְׂרְפ֥וּ

en verbrandden

אוֹתָ֛הּ

-

וְ

-

אֶת־

-

אָבִ֖יהָ

en haar vader

בָּ

-

אֵֽשׁ

met vuur


Toen zeiden de Filistijnen: Wie heeft dit gedaan? En men zeide: Simson, de schoonzoon van den Thimniet, omdat hij zijn huisvrouw heeft genomen, en heeft haar aan zijn metgezel gegeven. Toen kwamen de Filistijnen op, en verbrandden haar en haar vader met vuur.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!