SV | En zij maakte ze vast met een pin, en zeide tot hem: De Filistijnen over u, Simson! Toen waakte hij op uit zijn slaap, en nam weg de pin der gevlochten [haarlokken], en den weversboom. |
WLC | וַתִּתְקַע֙ בַּיָּתֵ֔ד וַתֹּ֣אמֶר אֵלָ֔יו פְּלִשְׁתִּ֥ים עָלֶ֖יךָ שִׁמְשֹׁ֑ון וַיִּיקַץ֙ מִשְּׁנָתֹ֔ו וַיִּסַּ֛ע אֶת־הַיְתַ֥ד הָאֶ֖רֶג וְאֶת־הַמַּסָּֽכֶת׃ |
Trans. | watiṯəqa‘ bayyāṯēḏ watō’mer ’ēlāyw pəlišətîm ‘āleyḵā šiməšwōn wayyîqaṣ miššənāṯwō wayyissa‘ ’eṯ-hayəṯaḏ hā’ereḡ wə’eṯ-hammassāḵeṯ: |
En zij maakte ze vast met een pin, en zeide tot hem: De Filistijnen over u, Simson! Toen waakte hij op uit zijn slaap, en nam weg de pin der gevlochten [haarlokken], en den weversboom.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En zij maakte ze vast met een pin, en zeide tot hem: De Filistijnen over u, Simson! Toen waakte hij op uit zijn slaap, en nam weg de pin der gevlochten [haarlokken], en den weversboom.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!