SV | En Juda was heengetogen tegen de Kanaanieten, die te Hebron woonden (de naam nu van Hebron was tevoren Kirjath-arba), en zij sloegen Sesai, en Ahiman, en Thalmai. |
WLC | וַיֵּ֣לֶךְ יְהוּדָ֗ה אֶל־הַֽכְּנַעֲנִי֙ הַיֹּושֵׁ֣ב בְּחֶבְרֹ֔ון וְשֵׁם־חֶבְרֹ֥ון לְפָנִ֖ים קִרְיַ֣ת אַרְבַּ֑ע וַיַּכּ֛וּ אֶת־שֵׁשַׁ֥י וְאֶת־אֲחִימַ֖ן וְאֶת־תַּלְמָֽי׃ |
Trans. | wayyēleḵə yəhûḏâ ’el-hakəna‘ănî hayywōšēḇ bəḥeḇərwōn wəšēm-ḥeḇərwōn ləfānîm qirəyaṯ ’arəba‘ wayyakû ’eṯ-šēšay wə’eṯ-’ăḥîman wə’eṯ-taləmāy: |
En Juda was heengetogen tegen de Kanaänieten, die te Hebron woonden (de naam nu van Hebron was tevoren Kirjath-arba), en zij sloegen Sesai, en Ahiman, en Thalmai.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Juda was heengetogen tegen de Kanaanieten, die te Hebron woonden (de naam nu van Hebron was tevoren Kirjath-arba), en zij sloegen Sesai, en Ahiman, en Thalmai.
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!