SV | Zo riepen de kinderen Israels tot den HEERE; en de HEERE verwekte den kinderen Israels een verlosser, die hen verloste, Othniel, zoon van Kenaz, broeder van Kaleb, die jonger was dan hij. |
WLC | וַיִּזְעֲק֤וּ בְנֵֽי־יִשְׂרָאֵל֙ אֶל־יְהוָ֔ה וַיָּ֨קֶם יְהוָ֥ה מֹושִׁ֛יעַ לִבְנֵ֥י יִשְׂרָאֵ֖ל וַיֹּֽושִׁיעֵ֑ם אֵ֚ת עָתְנִיאֵ֣ל בֶּן־קְנַ֔ז אֲחִ֥י כָלֵ֖ב הַקָּטֹ֥ן מִמֶּֽנּוּ׃ |
Trans. | wayyizə‘ăqû ḇənê-yiśərā’ēl ’el-JHWH wayyāqem JHWH mwōšî‘a liḇənê yiśərā’ēl wayywōšî‘ēm ’ēṯ ‘āṯənî’ēl ben-qənaz ’ăḥî ḵālēḇ haqqāṭōn mimmennû: |
Zo riepen de kinderen Israels tot den HEERE; en de HEERE verwekte den kinderen Israels een verlosser, die hen verloste, Othniel, zoon van Kenaz, broeder van Kaleb, die jonger was dan hij.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Zo riepen de kinderen Israels tot den HEERE; en de HEERE verwekte den kinderen Israels een verlosser, die hen verloste, Othniel, zoon van Kenaz, broeder van Kaleb, die jonger was dan hij.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!