Aantekeningen bij de Bijbel
Vragen, overdenkingen en achtergronden over de Bijbel,
welke resulteren in allerlei aantekeningen.
AB | Groet Andronicus en Junia, mijn landgenoten en mijn medegevangenen, die in aanzien zijn bij de apostelen, die al voor mij in Christus waren. |
SV | Groet Andronikus en Junias, mijn magen, en mijn medegevangenen, welke vermaard zijn onder de apostelen, die ook voor mij in Christus geweest zijn. |
Steph | ασπασασθε ανδρονικον και ιουνιαν τους συγγενεις μου και συναιχμαλωτους μου οιτινες εισιν επισημοι εν τοις αποστολοις οι και προ εμου γεγονασιν εν χριστω
|
Trans. | aspasasthe andronikon kai iounian tous syngeneis mou kai synaichmalōtous mou oitines eisin episēmoi en tois apostolois oi kai pro emou gegonasin en christō |
Algemeen
Zie ook: Andronikus, Apostelen, Apostelschap, Gevangenschap, Jezus Christus, Junia
Aantekeningen
Groet Andronikus en Junias, mijn magen, en mijn medegevangenen, welke vermaard zijn onder de apostelen, die ook voor mij in Christus geweest zijn.
- Junia, zoals in de Vertaalnotities hieronder wordt uitgelegd is het zeer waarschijnlijk dat het een vrouw was. In dat geval is dit de enige vrouwelijke apostel die wordt genoemd in de Bijbel bij naam (cf. NBV "die als apostelen veel aanzien genieten", echter de Griekse grondtekst kon ook geïnterpreteerd worden dat ze aanzien had bij de apostelen, wat dan inhoud dat ze zelf geen apostel hoeft te zijn (cf. SV, HSV "die in aanzien zijn bij de apostelen", NV "die veelbetekenend zijn onder de apostelen", cf. NETBible). Uit de grondtekst valt dan ook, strikt genomen, niet op te maken of Junia een apostel was of niet, evenmin of het een vrouw of een man was. Richard Bauckham identificeert Junia met Johanna de vrouw van Chusas (Bauckham, Richard. Gospel Women: Studies of the Named Women in the Gospels. Eerdsmans, 2002), welke voorkomt in Luk. 8:3.
Vertaalnotities
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
συναιχμαλωτους
medegevangenen
|
Groet Andronikus en Junias, mijn magen, en mijn medegevangenen, welke vermaard zijn onder de apostelen, die ook voor mij in Christus geweest zijn.
- Ἀνδρόνικος G408 hapax, "Andronicus";
- Ἰουνιᾶς G2458 hapax, "Junia(s)"; Junia NBV WV95 GNB96; Junias SV HSV NBG; In oudere vertalingen is Junia vertaald met Junias, de mannelijke vorm van Junia. Deze vertaling is echter niet houdbaar gebleken; De vrouwelijke naam Junia, hoewel gebruikelijk in het Latijn (er zijn ong. 250 vermeldingen bekend), is vrij zeldzaam in het Grieks (er zijn slechts twee gevallen bekend in de Griekse literatuur (Plutarch Brut. 7.1.4; Tacitus Annals, 3:69), naast Rom 16:7. Het mannelijke Junias (als een samentrekking van Junianas), is echter nog zeldzamer: slechts een geval is bekend in de nog bestaande Griekse literatuur (Epiphanius, Index discipulorum 125). Daar er ook andere man-vrouw combinaties zijn in deze groet (Prisca en Aquila vs. 3, Filologus en Julia vs. 15), is het logisch om Junia te zien als een vrouwelijke naam. (Dit moet niet te ver worden doorgevoerd, want in vers 12 zijn alle drie de personen vrouwen [hoewel de eerste twee met elkaar zijn verbonden], en in vv. 9-11 zijn alle personen mannen). In het Grieks is er alleen een verschil van accent dat onderscheid maakt tussen Junias (man) en Junia (vrouwelijk). Ook de Vulgaat geeft hierin geen uitsluitsel, daar Juniam zowel de accusativus van Junia als van Junias kan zijn.
Als het verwijst naar een vrouw, is het mogelijk 1) dat ze de gave van apostelschap had, of 2) dat ze niet een apostel was, maar samen met Andronikus werd gewaardeerd door (of onder) de apostelen. Ook de term "prominente" betekent waarschijnlijk "bekende", wat suggereert dat Andronikus en Junia(s) goed bekend waren bij de apostelen. 3) zij misschien de vrouw was van Andronikus, deze optie wordt genoemd door: Ambrosiaster (339-97); Jerome (342-420); John Chrysostom (347-407); Jerome; Theodoret van Cyrrhus (393-458); Ps.-Primasius (6de eeuw); John Damascene (675-749); Haymo van Faversham(~1200-1244); Hatto (?); Oecumenius (6de eeuw); Lanfranc of Bec (1005-89); Bruno the Carthusian (1032-1101); Theophylact (11de eeuw); Peter Abelard (1079-1142); en Peter Lombard (1100-1160).
- συγγενής "familie, landgenoot, volksgenoot"
- ὅστις "welke" komt niet voor in alle handschriften (derhalve ook niet in de NBG51, NBV en WV96); dit kan belangrijk zijn ter bepaling of ze wel of niet apostelen waren.
____
- Ἰουνίαν B2 D2 L Ψvid 0150 33 81 88 104 181 256 263 326 330 365 424 436 451 459 614 629 630 1175 1241 1319 1573 1739 1852 1877 1881 1962 1984 1985 1991 1912 2127 2200 2492 2495 Byz Lect itd itdem ite itf itg vg syrp syrh copsa arm Chrysostom ς WH NA27 UBS4 NR CEI ND Dio TILC Nv NM; Ἰουνιᾶν NA26 UBS3 Riv; Ἰουνίαν of Ἰουνιᾶν א A B* C D* F G P; Ἰουλίαν (zie Rom. 16:15) p46 6 itar itb itc itgig itx itz vgmss copbo eth Ambrosiaster Jerome;
- οἳ καὶ πρὸ ἐμοῦ γέγοναν (א* omissie οἳ) אc A B 630 1739 1881 WH; οἳ καὶ πρὸ ἐμοῦ γεγόνασιν C P Ψ 33 81 88 104 181 326 330 436 451 614 629 1241 1877 1962 1984 1985 2127 2492 2495 Byz Lect; οἳ καὶ πρὸ ἐμοῦ γέγοναν of οἳ καὶ πρὸ ἐμοῦ γεγόνασιν itd(c) itdem itf itx itz vg (syrp) syrh copsa arm; ὅς καὶ πρὸ ἐμοῦ γέγοναν p46; τοῖς πρὸ ἐμοῦ D G (itar itd* ite itg itgig) copbo? Ambrosiaster;
Koop nu
Commentaar
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!