SV | De overgeblevenen van Israel zullen geen onrecht doen, noch leugen spreken, en in hun mond zal geen bedriegelijke tong gevonden worden; maar zij zullen weiden en nederliggen, en niemand zal hen verschrikken. |
WLC | שְׁאֵרִ֨ית יִשְׂרָאֵ֜ל לֹֽא־יַעֲשׂ֤וּ עַוְלָה֙ וְלֹא־יְדַבְּר֣וּ כָזָ֔ב וְלֹֽא־יִמָּצֵ֥א בְּפִיהֶ֖ם לְשֹׁ֣ון תַּרְמִ֑ית כִּֽי־הֵ֛מָּה יִרְע֥וּ וְרָבְצ֖וּ וְאֵ֥ין מַחֲרִֽיד׃ ס |
Trans. | šə’ērîṯ yiśərā’ēl lō’-ya‘ăśû ‘awəlâ wəlō’-yəḏabərû ḵāzāḇ wəlō’-yimmāṣē’ bəfîhem ləšwōn tarəmîṯ kî-hēmmâ yirə‘û wərāḇəṣû wə’ên maḥărîḏ: |
De overgeblevenen van Israël zullen geen onrecht doen, noch leugen spreken, en in hun mond zal geen bedriegelijke tong gevonden worden; maar zij zullen weiden en nederliggen, en niemand zal hen verschrikken.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
De overgeblevenen van Israël zullen geen onrecht doen, noch leugen spreken, en in hun mond zal geen bedriegelijke tong gevonden worden; maar zij zullen weiden en nederliggen, en niemand zal hen verschrikken.
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!