Aantekeningen bij de Bijbel:

G19 ἀγαθωσύνη

oprechtheid, goedheid, vriendelijkheid

Romeinen 15:14	Doch, mijn broeders, ook ik zelf ben verzekerd van u, dat gij ook zelven vol zijt van goedheid, vervuld met alle kennis, machtig om ook elkander te vermanen.
Galaten 5:22	Maar de vrucht des Geestes is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, matigheid.
Efeziers 5:9	(Want de vrucht des Geestes is in alle goedigheid, en rechtvaardigheid, en waarheid),
2 Thessalonicensen 1:11	Waarom wij ook altijd bidden voor u, dat onze God u waardig achte der roeping, en vervulle al het welbehagen [Zijner] goedigheid, en het werk des geloofs met kracht.