Markus 11:24 | Daarom zeg Ik u: Alle dingen, die gij biddende begeert, gelooft, dat gij ze ontvangen zult, en zij zullen u geworden. |
Markus 15:6 | En op het feest liet hij hun een gevangene los, wien zij ook begeerden. |
Markus 15:8 | En de schare riep uit, en begon te begeren, [dat hij deed], gelijk hij hun altijd gedaan had. |
Markus 15:43 | Kwam Jozef, die van Arimathea [was], een eerlijk raadsheer, die ook zelf het Koninkrijk Gods was verwachtende, en zich verstoutende, ging hij in tot Pilatus, en begeerde het lichaam van Jezus. |
Lukas 1:63 | En als hij een schrijftafeltje geeist had, schreef hij, zeggende: Johannes is zijn naam. En zij verwonderden zich allen. |
Lukas 6:30 | Maar geeft een iegelijk, die van u begeert; en van dengene, die het uwe neemt, eist niet weder. |
Lukas 11:9 | En Ik zeg ulieden: Bidt, en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal opengedaan worden. |
Lukas 11:10 | Want een iegelijk, die bidt, die ontvangt; en die zoekt, die vindt; en die klopt, dien zal opengedaan worden. |
Lukas 11:11 | En wat vader onder u, dien de zoon om brood bidt, zal hem een steen geven, of ook om een vis, zal hem voor een vis een slang geven? |
Lukas 11:12 | Of zo hij ook om een ei zou bidden, zal hij hem een schorpioen geven? |
Lukas 11:13 | Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader den Heiligen Geest geven dengenen, die Hem bidden? |
Lukas 12:48 | Maar die [denzelven] niet geweten heeft, en gedaan heeft [dingen], die slagen waardig zijn, die zal met weinige [slagen] geslagen worden. En een iegelijk, wien veel gegeven is, van dien zal veel geeist worden; en wien men veel vertrouwd heeft, van dien zal men overvloediger eisen. |
Lukas 23:23 | Maar zij hielden aan met groot geroep, eisende, dat Hij zou gekruist worden; en hun en der overpriesteren geroep werd geweldiger. |
Lukas 23:25 | En hij liet hun los dengene, die om oproer en doodslag in de gevangenis geworpen was, welken zij geeist hadden; maar Jezus gaf hij over tot hun wil. |
Lukas 23:52 | Deze ging tot Pilatus, en begeerde het lichaam van Jezus. |
Johannes 4:9 | Zo zeide dan de Samaritaanse vrouw tot Hem: Hoe begeert Gij, Die een Jood zijt, van mij te drinken, die een Samaritaanse vrouw ben? Want de Joden houden geen gemeenschap met de Samaritanen. |
Johannes 4:10 | Jezus antwoordde en zeide tot haar: Indien gij de gave Gods kendet, en Wie Hij is, Die tot u zegt: Geef Mij te drinken, zo zoudt gij van Hem hebben begeerd, en Hij zoude u levend water gegeven hebben. |
Johannes 11:22 | Maar ook nu weet ik, dat alles, wat Gij van God begeren zult, God U het geven zal. |
Johannes 14:13 | En zo wat gij begeren zult in Mijn Naam, dat zal Ik doen; opdat de Vader in den Zoon verheerlijkt worde. |
Johannes 14:14 | Zo gij iets begeren zult in Mijn Naam, Ik zal het doen. |