Markus 15:35 | En sommigen van die daarbij stonden, [dit] horende, zeiden: Ziet, Hij roept Elias. |
Markus 16:11 | En als dezen hoorden, dat Hij leefde, en van haar gezien was, geloofden zij het niet. |
Lukas 1:41 | En het geschiedde, als Elizabet de groetenis van Maria hoorde, zo sprong het kindeken op in haar buik; en Elizabet werd vervuld met den Heiligen Geest; |
Lukas 1:58 | En die daar rondom woonden, en haar magen hoorden, dat de Heere Zijn barmhartigheid grotelijks aan haar bewezen had, en waren met haar verblijd. |
Lukas 1:66 | En allen, die het hoorden, namen het ter harte, zeggende: Wat zal toch dit kindeken wezen? En de hand des Heeren was met hem. |
Lukas 2:18 | En allen, die het hoorden, verwonderden zich over hetgeen hun gezegd werd van de herders. |
Lukas 2:20 | En de herders keerde wederom, verheerlijkende en prijzende God over alles, wat zij gehoord en gezien hadden, gelijk tot hen gesproken was. |
Lukas 2:46 | En het geschiedde, na drie dagen, dat zij Hem vonden in den tempel, zittende in het midden der leraren, hen horende, en hen ondervragende. |
Lukas 2:47 | En allen, die Hem hoorden, ontzetten zich over Zijn verstand en antwoorden. |
Lukas 4:23 | En Hij zeide tot hen: Gij zult zonder twijfel tot Mij dit spreekwoord zeggen: Medicijnmeester, genees Uzelven; al wat wij gehoord hebben, dat in Kapernaum geschied is, doe [dat] ook hier in Uw vaderland. |
Lukas 4:28 | En zij werden allen in de synagoge met toorn vervuld, als zij dit hoorden. |
Lukas 5:1 | En het geschiedde, als de schare op Hem aandrong, om het Woord Gods te horen, dat Hij stond bij het meer Gennesareth. |
Lukas 5:15 | Maar het gerucht van Hem ging te meer voort; en vele scharen kwamen samen om [Hem] te horen, en door Hem genezen te worden van hun krankheden. |
Lukas 6:17 | En met hen afgekomen zijnde, stond Hij op een vlakke plaats, en [met Hem] de schare Zijner discipelen, en een grote menigte des volks van geheel Judea en Jeruzalem, en van den zeekant van Tyrus en Sidon; |
Lukas 6:27 | Maar Ik zeg ulieden, die [dit] hoort: Hebt uw vijanden lief; doet wel dengenen, die u haten. |
Lukas 6:47 | Een iegelijk, die tot Mij komt, en Mijn woorden hoort, en dezelve doet, Ik zal u tonen, wien hij gelijk is. |
Lukas 6:49 | Maar die ze gehoord, en niet gedaan zal hebben, is gelijk een mens, die een huis bouwde op de aarde zonder fondament; tegen hetwelk de waterstroom aansloeg, en het viel terstond, en de val van datzelve huis was groot. |
Lukas 7:3 | En van Jezus gehoord hebbende, zond hij tot Hem de ouderlingen der Joden, Hem biddende, dat Hij wilde komen, en zijn dienstknecht gezond maken. |
Lukas 7:9 | En Jezus, dit horende, verwonderde Zich over hem; en Zich omkerende, zeide tot de schare, die Hem volgde: Ik zeg ulieden: Ik heb zo groot een geloof zelfs in Israel niet gevonden. |
Lukas 7:22 | En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Gaat heen, en boodschapt Johannes weder de dingen, die gij gezien en gehoord hebt, [namelijk] dat de blinden ziende worden, de kreupelen wandelen, de melaatsen gereinigd worden, de doven horen, de doden opgewekt worden, den armen het Evangelie verkondigd wordt. |