G749 ἀρχιερεύς
hogepriester

Bijbelteksten

Markus 15:1En terstond, des morgens vroeg, hielden de overpriesters te zamen raad, met de ouderlingen en schriftgeleerden, en den gehelen raad, en Jezus gebonden hebbende, brachten zij [Hem] heen, en gaven [Hem] aan Pilatus over.
Markus 15:3En de overpriesters beschuldigden Hem van vele [zaken]; maar Hij antwoordde niets.
Markus 15:10(Want hij wist, dat de overpriesters Hem door nijd overgeleverd hadden.)
Markus 15:11Maar de overpriesters bewogen de schare, dat hij hun liever Bar-abbas zou loslaten.
Markus 15:31En insgelijks ook de overpriesters, met de schriftgeleerden, zeiden tot elkander, al spottende: Hij heeft anderen verlost; Zichzelven kan Hij niet verlossen.
Lukas 3:2Onder de hogepriesters Annas en Kajafas, geschiedde het woord Gods tot Johannes, den zoon van Zacharias, in de woestijn.
Lukas 9:22Zeggende: De Zoon des mensen moet veel lijden, en verworpen worden van de ouderlingen, en overpriesters, en Schriftgeleerden, en gedood en ten derden dage opgewekt worden.
Lukas 19:47En Hij leerde dagelijks in den tempel; en de overpriesters, en de Schriftgeleerden, en de oversten des volks zochten Hem te doden.
Lukas 20:19En de overpriesteren en de Schriftgeleerden zochten te dierzelver ure de handen aan Hem te slaan; maar zij vreesden het volk; want zij verstonden, dat Hij deze gelijkenis tegen hen gesproken had.
Lukas 22:2En de overpriesters en de Schriftgeleerden zochten, hoe zij Hem ombrengen zouden; want zij vreesden het volk.
Lukas 22:4En hij ging heen en sprak met de overpriesters en de hoofdmannen, hoe hij Hem hun zou overleveren.
Lukas 22:50En een uit hen sloeg den dienstknecht des hogepriesters, en hieuw [hem] zijn rechteroor af.
Lukas 22:52En Jezus zeide tot de overpriesters, en de hoofdmannen des tempels, en ouderlingen, die tegen Hem gekomen waren: Zijt gij uitgegaan met zwaarden en stokken als tegen een moordenaar?
Lukas 22:54En zij grepen Hem en leidden [Hem weg], en brachten Hem in het huis des hogepriesters. En Petrus volgde van verre.
Lukas 22:66En als het dag geworden was, vergaderden de ouderlingen des volks, en de overpriesters en Schriftgeleerden, en brachten Hem in hun raad,
Lukas 23:4En Pilatus zeide tot de overpriesters en de scharen: Ik vind geen schuld in dezen Mens.
Lukas 23:10En de overpriesters en de Schriftgeleerden stonden, en beschuldigden Hem heftiglijk.
Lukas 23:13En als Pilatus de overpriesters, en de oversten, en het volk bijeengeroepen had, zeide hij tot hen:
Lukas 23:23Maar zij hielden aan met groot geroep, eisende, dat Hij zou gekruist worden; en hun en der overpriesteren geroep werd geweldiger.
Lukas 24:20En hoe onze overpriesters en oversten Denzelven overgeleverd hebben tot het oordeel des doods, en Hem gekruisigd hebben.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech