Lukas 4:31 | En Hij kwam af te Kapernaum, een stad van Galilea, en leerde hen op de sabbatdagen. |
Lukas 9:37 | En het geschiedde des daags daaraan, als zij van den berg afkwamen, dat Hem een grote schare in het gemoet kwam. |
Handelingen 8:5 | En Filippus kwam af in de stad van Samaria, en predikte hun Christus. |
Handelingen 9:32 | En het geschiedde, als Petrus alom doortrok, dat hij ook afkwam tot de heiligen, die te Lydda woonden. |
Handelingen 11:27 | En in dezelfde dagen kwamen [enige] profeten af van Jeruzalem te Antiochie. |
Handelingen 12:19 | En als Herodes hem gezocht had, en niet vond, en de wachters rechtelijk ondervraagd had, gebood hij, dat zij weggeleid zouden worden. En hij vertrok van Judea naar Cesarea, en hield zich [aldaar]. |
Handelingen 13:4 | Dezen dan, uitgezonden zijnde van den Heiligen Geest, kwamen af tot Seleucie, en van daar scheepten zij af naar Cyprus. |
Handelingen 15:1 | En sommigen, die afgekomen waren van Judea, leerden de broederen, [zeggende]: Indien gij niet besneden wordt naar de wijze van Mozes, zo kunt gij niet zalig worden. |
Handelingen 18:5 | En als Silas en Timotheus van Macedonie afgekomen waren, werd Paulus door den Geest gedrongen, betuigende den Joden, dat Jezus is de Christus. |
Handelingen 18:22 | En als hij te Cesarea was gekomen, ging hij op [naar Jeruzalem], en de Gemeente gegroet hebbende, ging hij af naar Antiochie. |
Handelingen 21:10 | En als wij [daar] vele dagen gebleven waren, kwam er een zeker profeet af van Judea, met name Agabus; |
Handelingen 27:5 | En de zee, die langs Cilicie en Pamfylie is, doorgevaren zijnde, kwamen wij aan te Myra in Lycie. |
Jakobus 3:15 | Deze is de wijsheid niet, die van boven afkomt, maar is aards, natuurlijk, duivels. |