G2853 κολλάω
lijmen

Bijbelteksten

Lukas 10:11Ook het stof, dat uit uw stad aan ons kleeft, schudden wij af op ulieden; nochtans zo weet dit, dat het Koninkrijk Gods nabij u gekomen is.
Lukas 15:15En hij ging heen, en voegde zich bij een van de burgers deszelven lands; en die zond hem op zijn land om de zwijnen te weiden.
Handelingen 5:13En van de anderen durfde niemand zich bij hen voegen; maar het volk hield hen in grote achting.
Handelingen 8:29En de Geest zeide tot Filippus: Ga toe, en voeg u bij dezen wagen.
Handelingen 9:26Saulus nu, te Jeruzalem gekomen zijnde, poogde zich bij de discipelen te voegen; maar zij vreesden hem allen, niet gelovende, dat hij een discipel was.
Handelingen 10:28En hij zeide tot hen: Gij weet, hoe het een Joodsen man ongeoorloofd is, zich te voegen of te gaan tot een vreemde; doch God heeft mij getoond, dat ik geen mens zou gemeen of onrein heten.
Handelingen 17:34Doch sommige mannen hingen hem aan, en geloofden; onder welke was ook Dionysius, de Areopagiet, en een vrouw, met name Damaris, en anderen met dezelve.
Romeinen 12:9De liefde zij ongeveinsd. Hebt een afkeer van het boze, en hangt het goede aan.
1 Corinthiers 6:16Of weet gij niet, dat die de hoer aanhangt, een lichaam [met haar] is? Want die twee, zegt Hij, zullen tot een vlees wezen.
1 Corinthiers 6:17Maar die den Heere aanhangt, is een geest [met Hem].
Openbaring 18:5Want haar zonden zijn [de ene op de andere] gevolgd tot den hemel toe, en God is harer ongerechtigheden gedachtig geworden.

Mede mogelijk dankzij